Agenda Gemeenteraad

Van 24 APRIL 2025

 

 

AANWEZIG :

voorzitter :  Veerle Scheire

burgemeester :  Johan Vanhulst

schepenen :  Cil Cuypers, Sandra Noé, Matthias Multani, Stefaan Van Haegenborgh

raadsleden :  Mia Ombelet, Tie Vanbeselaere, Frederik De Buck, Hans-Kristof Carême, Ludo Aerts, Marijke Sterckx, Hilde Van der Putten, Monda Wuytack, Maarten Van Schoonbeek, Peter Vandenbalck, Claudia Van Passel, Luc De Vos, Nico Frederix, Joyce Meulemans

algemeen directeur :  Peter Verlinden

VERONTSCHULDIGD :

schepen :  Lisa Hermans

Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.1. Secretariaat - Notulen en zittingsverslag d.d. 27 maart 2025 - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikel 32 van het decreet lokaal bestuur.

 

De artikelen 1, 32 en 33 van het huishoudelijk reglement goedgekeurd door de gemeenteraad.

 

Feiten en context

De notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraad van 27 maart 2025 werden digitaal bezorgd aan de raadsleden op 16 april 2025.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Enig artikel:

De gemeenteraad keurt de op 16 april 2025 digitaal bezorgde versie van de notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraadszitting van 27 maart 2025, goed.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.5. Financiën - Jaarrekening 2024 Protestantse kerk - advies

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Het wijzigingsdecreet van 6 juli 2012 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten is van toepassing.

 

De omzendbrief BB2013/01 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst geeft de richtlijnen rond de boekhouding van de erediensten weer.

 

Feiten en context

De rekening over het dienstjaar 2024 van de Protestantse kerk werd vastgesteld door de kerkraad in vergadering van 21 februari 2025 met een exploitatieoverschot van 28.487,01euro en een investeringsoverschot van1.783,05 euro.

 

De jaarrekening 2024 is overgemaakt door de Stad Leuven op 12 maart 2025 en is onderworpen aan het advies van de gemeenteraad.

 

Argumentatie

Het nazicht van de rekening geeft geen aanleiding tot opmerkingen.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Enig artikel :

De gemeenteraad verleent een gunstig advies aan de jaarrekening 2024 van de Protestantse kerk.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.7. Ruimtelijke ordening - Ruilverkaveling Willebringen plan 6 - Plannen van de nieuwe en af te schaffen wegen, afwateringen en de daarbij behorende kunstwerken - onderzoek "de commodo et incommodo" - advies

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Artikel 70 van de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van de wet, zoals aangevuld door de wet van 11 augustus 1978, houdende bijzondere bepalingen eigen aan het Vlaamse gewest.

 

Feiten en context

De plannen van de nieuwe en af te schaffen wegen, afwateringen en de daarbij behorende kunstwerken, opgemaakt door het Ruilverkavelingscomité ART 70 PLAN 5 van Ministerieel besluit tot goedkeuring van het plan van nieuw en af te schaffen wegen en waterlopen.

 

Het proces-verbaal van 17 maart 2025 waarbij akte wordt genomen van de neerlegging van de stukken ten zetel van het gemeentebestuur.

 

Het proces-verbaal van opening en sluiting van het onderzoek, opgemaakt respectievelijk op 24 maart 2025 en 9 april 2025 door het College van Burgemeester en Schepenen.

 

Er werd geen bezwaar ingediend.

 

Argumentatie

        Nieuwe Voetweg Remmelenbos “Het Koeistraatje”:

Aansluitend op Buurtweg 21 wordt een nieuwe voetweg gecreëerd ten oosten van Remmelenbos en aansluitend op een openbare servitude voor voetgangers gelegen in het Waals Gewest, deze servitude sluit aan op ‘Sentier nr 23’ in de Gemeente Bevekom. Hierdoor ontstaat een wandellus rond Remmelenbos, waar momenteel reeds heel wat vraag naar is. De voetweg naar Bevekom loopt volledig over openbaar domein.

 

Het verlengde van de Perrestraat ter hoogte van Remmelenbos blijft een private weg tot aan de aansluiting met deze nieuwe voetweg, niet ver van de grens met het Waals Gewest. De voetweg sluit hier terug aan op het openbaar domein.

 

        Nieuwe Buurtweg Zijstraat Hoegaardsesteenweg: openbare weg als ontsluiting van enkele percelen, reeds in 2021 zo neergelegd, vergeten op plan 5 op te nemen

 

        Buurtweg B13 (Moordenaarseweg): lengte openbaar domein aangepast als ontsluiting van de percelen. Op plan 5 was dit te kort ingetekend.

 

        Nieuwe Voetweg op Molenstede op vraag van gemeente Bierbeek ter vervanging van afgeschafte voetweg V26 in artikel70 plan 5. Het openbaar domein is voldoende breed langs de waterloop ‘de velpe’. Het is al een bestaande doorgang op terrein.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

De gemeenteraad verleent een gunstig advies met betrekking tot de goedkeuring van de plannen van de nieuwe en af te schaffen wegen, afwateringen en de daarbij behorende kunstwerken in de ruilverkaveling Willebringen plan 6.

 

Artikel 2:

Een uittreksel van deze beraadslaging, alsmede de voormelde plannen en de verschillende stukken waaruit blijkt dat de formaliteiten van het onderzoek "de commodo et incommodo" werden vervuld, zullen worden overgemaakt aan het Ruilverkavelingscomité secretariaat RVK Willebringen, Dirk Boutsgebouw, Diestsepoort 6, Bus 74, 3000 Leuven tot zodanige doeleinden als het naar rechten behoort.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.14. Cultuur - Samenstelling Gemeentelijke Erfgoedraad (GER) 2025-2030 - kennisname

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Kennisneming

Juridische gronden  

De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikel 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Op 27 maart 2025 werden de vernieuwde statuten van de Gemeentelijke Erfgoedraad (GER) goedgekeurd door de gemeenteraad. 
 

Feiten en context  
De adviesraad bestaat uit deskundigen en geïnteresseerde burgers met expertise in erfgoed.

 

De samenstelling werd goedgekeurd door de GER op 18 februari 2025 en wordt voorgesteld aan de gemeenteraad. 

 

Argumentatie 
De samenstelling is conform de goedgekeurde statuten.

 

BESLUIT

 

Artikel 1:
De gemeenteraad neemt kennis van de volgende samenstelling van algemene vergadering van de GER periode 2025-2030:

 

Stemgerechtigde leden: 

        Kristine Colpaert

        Michèle De Coster

        Hugo Dehennin

        Ken Desmet

        Trui De Vrieze

        Kathleen Geukens

        Maarten Geysens

        Roger Hermans

        Koen Herregods

        Benny Jonckers

        Linda Pappaert

        Veerle Peys

        Arnaud Recko

        Luc Renmans

        Hugo Sente

        Pol Vanden Bempt

        Cyriel Vanderwegen

        Nina Vandessel

        Samuel Van Herreweghe

        Herman Verlinden

        Werner Wouters

 

Niet-stemgerechtigde leden: 

        Herman Boogaerts

        Jos Dewinter

        Pol Raymaekers

        Liebrecht Salen

        Bart Seldeslachts

        Wilfried Vanden Bergh

        Pol Verlinden

 

        Cil Cuypers, schepen bevoegd voor erfgoed

        Tom Debruyne, Portiva

        Ludo Guelinckx, omgevingsambtenaar

        Tom Vandesijpe, Portiva

        Ann Venneman, secretaris

 

Artikel 2:

De gemeenteraad neemt kennis van de aanduiding voorzitter en ondervoorzitter en penningmeester van de GER:

        voorzitter: Werner Wouters

        ondervoorzitter: Pol Vanden Bempt

        penningmeester: Trui De Vrieze

 

 

Artikel 3:

De gemeenteraad neemt kennis van het dagelijks bestuur van de GER:

        voorzitter: Werner Wouters

        ondervoorzitter: Pol Vanden Bempt

        schepen bevoegd voor erfgoed, Cil Cuypers

        secretaris: Ann Venneman

        Portiva: Tom Debruyne

 

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.16. Sport - ILV Sportregio Dijle & Hageland - kennisname jaarverslag 2024 en goedkeuring jaarrekening 2024

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Op 9 november 2017 keurde de gemeenteraad de overeenkomst voor de oprichting van de interlokale vereniging "Sportregio Dijle & Hageland", goed.

 

Op 4 april 2019 keurde de gemeenteraad de verlenging van deelname aan de interlokale vereniging "Sportregio Dijle & Hageland" tot 31 december 2024, goed.

 

Feiten en context

Op 10 februari 2025 keurde het beheerscomité de jaarrekening en het jaarverslag voor het werkjaar 2024, evenals de begroting voor het werkjaar 2025 van de interlokale vereniging "Sportregio Dijle & Hageland", goed.

 

Argumentatie

Door de samenwerking in de interlokale vereniging (ILV) kan Bierbeek meer activiteiten organiseren voor haar inwoners. De ILV biedt een meerwaarde aan het sportbeleid van Bierbeek en versterkt de mogelijkheden voor sportieve initiatieven binnen de gemeente.

 

Financiële gevolgen

De bijdrage van € 3969,33 voor werkjaar 2025 is voorzien op jaarbudgetrekening 2025/4.1.7.3/0741-00/6159999/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

De gemeenteraad neemt kennis van het jaarverslag 2024 van interlokale vereniging "Sportregio Dijle & Hageland".

 

Artikel 2:

De gemeenteraad keurt de jaarrekening 2024 van interlokale vereniging "Sportregio Dijle & Hageland" goed.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.17. Projectwerking en gezondheidsbeleid - Aanstelling en benoeming leden Welzijns- en Ouderenraad (WOR) 2025-2030 - kennisname

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Kennisneming

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikel 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Op 27 juni 2019 werden de statuten van de Welzijns- en Ouderenraad goedgekeurd door de gemeenteraad.

 

Feiten en context

De adviesraad bestaat zowel uit deskundigen, welzijns- en ouderenverenigingen en geïnteresseerde burgers met expertise in het domein welzijn en ouderenbeleid, als vertegenwoordigers van de politieke fracties in de gemeenteraad anderzijds.

 

De samenstelling werd goedgekeurd door de Welzijns- en Ouderenraad op datum van 25 maart 2025 en wordt voorgesteld aan de gemeenteraad.

 

Argumentatie

De samenstelling is conform de goedgekeurde statuten.

BESLUIT

 

Enig artikel:

De gemeenteraad neemt kennis van de samenstelling van de Welzijns- en Ouderenraad Bierbeek 2025 - 2030:


Leden:

        Camille Guillaume

        Ellen Foulon

        Emmy Van Bos

        François Vanschoelant

        Greta Vranckx

        Jan Van Peteghem

        Johannes Adriaensen

        Karen Opdencamp

        Lucas Van De Ven

        Marja Alaerts

        Marliese Wauters

        Martine Van Gansewinkel

        Nadine Heps

        Pol Vanden Bempt

        Ria Timmermans

        Yvette Dupont

        Yvonne George
 

Niet-stemgerechtigde leden:

        Ann Knuts

        Ann Mannaerts

        Tie Vanbeselaere

        Carola Sempels

        Hilde Van der Putten

        Mia Ombelet

        Stefaan Van Haegenborgh

 

Voorzitter:

        Johan Adriaensen

secretaris:

        projectwerker dienst Welzijn

Penningmeester:

        Pol Vanden Bempt

 

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.18. Secretariaat - Creat Services dv (voorheen TMVS dv): algemene vergadering van 17 juni 2025 - goedkeuren agenda en bepalen mandaat afgevaardigde

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

De statuten van Creat Services dv.

 

Feiten en context

De gemeente Bierbeek is aangesloten is bij Creat Services dv.

 

De gemeenteraadsbeslissing van 27 maart 2025 ''CREAT SERVICES DV - vertegenwoordiger in de algemene vergadering en raad van bestuur - aanduiding + intrekking raadsbesluit 30 januari 2025' waarbij Hans-Kristof Carême werd voorgedragen als lid voor de algemene vergadering van TMVS en Maarten Van Schoonbeek aangeduid werd als plaatsvervanger.

 

De oproepingsbrief voor de algemene jaarvergadering van Creat Services dv op 17 juni 2025, waarin de volgende agenda werd meegedeeld

  1. Wijziging van vermogen
  2. Actualisering van bijlagen 1 en 2 aan de statuten ingevolge wijziging van vermogen
  3. Verslag van de Raad van Bestuur over het boekjaar 2024
  4. Verslag van de commissaris
  5. a. Goedkeuring van de jaarrekening over het boekjaar 2024 afgesloten per 31 december 2024
    b. Goedkeuring van de voorgestelde resultaatsverdeling over het boekjaar 2024
  6. Kwijting aan de bestuurders en de commissaris
  7. Aanstelling commissaris
  8. Actualisering presentievergoeding
  9. Statutaire benoemingen
  10. Varia

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

De gemeenteraad beslist goedkeuring te verlenen aan alle punten op de agenda van de Algemene Vergadering Creat Services dv van 17 juni 2025 en de daarbij behorende documentatie nodig voor het onderzoek van de agendapunten :

  1. Wijziging van vermogen
  2. Actualisering van bijlagen 1 en 2 aan de statuten ingevolge wijziging van vermogen
  3. Verslag van de Raad van Bestuur over het boekjaar 2024
  4. Verslag van de commissaris
  5. a. Goedkeuring van de jaarrekening over het boekjaar 2024 afgesloten per 31 december 2024
    b. Goedkeuring van de voorgestelde resultaatsverdeling over het boekjaar 2024
  6. Kwijting aan de bestuurders en de commissaris
  7. Aanstelling commissaris
  8. Actualisering presentievergoeding
  9. Statutaire benoemingen
  10. Varia

 

Artikel 2:

De gemeenteraad draagt Hans-Kristof Carême op als vertegenwoordiger en Maarten Van Schoonbeek als plaatsvervanger om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de Algemene Vergadering van Creat Services dv vastgesteld op 17 juni 2025, te onderschrijven en zijn stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde Algemene Vergadering.

 

Artikel 3:

Een afschrift van dit besluit zal verzonden worden naar het e-mailadres 20250617AV@creat.be en naar de gemeentelijke vertegenwoordiger.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.2. Secretariaat - Mededelingen

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Kennisneming

De gemeenteraad neemt kennis van de mededelingen van de voorzitter.

 

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.3. Secretariaat - Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Het artikel 38 van het decreet lokaal bestuur waarin gesteld wordt dat de gemeenteraad bij de aanvang van de zittingsperiode een huishoudelijk reglement dient vast te stellen;

 

Op 1 juni 2023 keurde de gemeenteraad haar huishoudelijk reglement goed.

 

Argumentatie

De wijziging van het huishoudelijk reglement is gebaseerd op het VVSG-model van huishoudelijk reglement voor de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn (OCMW-raad) van 8 november 2024.

 

De wijziging van het huishoudelijk reglement werd voorbereid in besprekingen met vertegenwoordigers van alle politieke fracties uit de gemeenteraad.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

De gemeenteraad keurt het als bijlage hierbij gevoegde huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, goed.

 

Artikel 2:

Het huishoudelijk reglement van 1 juni 2023 wordt opgeheven.

 

Het besluit van de gemeenteraad van 4 april 2019 inzake de presentiegelden voor de gemeenteraadsleden wordt opgeheven.

 

 

HUISHOUDELIJK REGLEMENT GEMEENTERAAD

VASTGESTELD BIJ GEMEENTERAADSBESLUIT

VAN 24 APRIL 2025

 

 

BIJEENROEPING GEMEENTERAAD

 

Artikel 1

De gemeenteraad vergadert zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren het vereisen en ten minste tienmaal per jaar.

 

Artikel 2

§ 1. - De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op.

De voorzitter kan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bijeenroepen door een gezamenlijke oproeping met als bedoeling de vergaderingen aansluitend te laten doorgaan. Hierbij stelt de voorzitter voor gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn duidelijk onderscheiden agenda’s op.

 

§2. - De oproeping wordt verzonden via het persoonlijke e-mailadres van het raadslid zoals aan de gemeente meegedeeld bij aanvang van het mandaat. De dossiers die betrekking hebben op de agenda worden ter beschikking gesteld op de wijze voorzien in art. 9 § 1 van dit reglement.

 

§ 3. - De voorzitter van de gemeenteraad moet de gemeenteraad bijeenroepen op verzoek van:

  1. een derde van de zittinghebbende leden;
  2. een vijfde van de zittinghebbende leden als zes weken na de datum van de vorige gemeenteraad nog geen bijeenroeping is gebeurd. De periode van zes weken wordt geschorst van 11 juli tot en met 15 augustus;
  3. het college van burgemeester en schepenen;
  4. de burgemeester voor zover het verzoek uitsluitend betrekking heeft op de eigen bevoegdheden van de burgemeester;

 

In hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur moeten de aanvragers de agenda vermelden, met voor elk punt een toegelicht voorstel van beslissing, en de datum en het uur van de beoogde vergadering. De algemeen directeur bezorgt vervolgens de voorstellen aan de raadsvoorzitter. Deze aanvraag moet ingediend worden, zodanig dat de voorzitter de oproepingstermijnen bepaald in art. 2, §4 van dit reglement, kan nakomen.

 

De voorzitter roept de vergadering bijeen op de voorgestelde datum en het aangewezen uur en met de voorgestelde agenda. De voorzitter kan punten aan de agenda toevoegen.

 

§ 4. – De oproeping (of gezamenlijke oproeping) wordt tenminste acht dagen vóór de dag van de vergadering bezorgd aan de raadsleden.

In spoedeisende gevallen kan gemotiveerd van deze oproepingsperiode worden afgeweken. Het is de bevoegdheid van de raadsvoorzitter om die spoedeisendheid vast te stellen.

 

Een gezamenlijke oproeping in spoedeisende gevallen kan enkel als er zowel voor de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn spoedeisende punten zijn.

 

§ 5. - De oproeping vermeldt in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn. Voor elk punt dat ter stemming voorligt moet een toegelicht voorstel van beslissing toegevoegd zijn. Minstens één dergelijk punt moet op de agenda staan.

 

Een gezamenlijke oproeping bevat duidelijk onderscheiden agenda’s voor de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Artikel 3

Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda van de gemeenteraad toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing via mail aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de raadsvoorzitter. Een lid van het college van burgemeester en schepenen noch het college als orgaan kan van deze mogelijkheid gebruik maken.

 

De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten zoals vastgesteld door de raadsvoorzitter onmiddellijk mee aan de gemeenteraadsleden, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen.

 

FYSIEK OF DIGITAAL

 

Artikel 4

De gemeenteraad kan enkel digitaal vergaderen in volgende uitzonderlijke omstandigheden:

        Een gezondheidscrisis, milieuramp of andere ernstige crisissituatie waarbij het de burgers afgeraden of verboden wordt om samen te komen;

        Een ernstige verstoring van de openbare orde waardoor het voor de raadsleden onmogelijk gemaakt wordt om fysiek te vergaderen;

        Een dringende noodzakelijke of spoedeisende beslissing van de raad die niet kan wachten en wanneer een fysieke vergadering niet tijdig georganiseerd kan worden.

 

Pas nadat de raadsvoorzitter vastgesteld heeft dat een dergelijke uitzonderlijke omstandigheid zich effectief voordoet, wordt overgegaan tot een digitale vergadering van de gemeenteraad.

 

Dezelfde voorwaarden voor de oproeping gelden als in art. 2 van dit reglement, met daarbij de duidelijk vermelding dat het om een digitale vergadering gaat, inclusief de link met de toegang tot de digitale vergadering.

 

Is de oproeping voor vergadering reeds verstuurd, dan blijft die geldig, maar wordt op dezelfde wijze een aanvulling gestuurd die duidelijk maakt dat de vergadering enkel digitaal zal plaatsvinden, inclusief de link met de toegang tot de digitale vergadering. Van die aanvulling kan geen gebruik gemaakt worden om nog bijkomende punten aan de agenda toe te voegen. Ook de bekendmaking voor het publiek wordt op dezelfde wijze als in art. 8, §1 van dit reglement aangevuld.

 

De voorwaarden uit het besluit van de Vlaamse Regering van 10 september 2021 over de voorwaarden voor digitaal of hybride vergaderen voor de organen van de lokale besturen gelden onverminderd.

 

OPENBARE OF BESLOTEN VERGADERING

 

Artikel 5

§ 1. - De vergaderingen van de gemeenteraad zijn in principe openbaar.

 

§ 2. - De vergadering is niet openbaar als:

  1. het om aangelegenheden gaat die de persoonlijke levenssfeer raken. Zodra een dergelijk punt aan de orde is, beveelt de voorzitter de behandeling in besloten vergadering;
  2. de gemeenteraad met twee derde van de aanwezige leden en op gemotiveerde wijze beslist tot behandeling in besloten vergadering, in het belang van de openbare orde of op grond van ernstige bezwaren tegen de openbaarheid.

 

De vergaderingen over de beleidsrapporten (= het meerjarenplan, de aanpassingen van het meerjarenplan en de jaarrekening) zijn in elk geval openbaar.

 

Artikel 6

De besloten vergadering kan enkel plaatsvinden na de openbare vergadering, uitgezonderd in tuchtzaken.

 

Bij een gezamenlijke oproeping opent de voorzitter eerst de openbare zitting van de gemeenteraad, waarbij hij de vergadering van de gemeenteraad schorst nadat de agenda van het openbare deel afgewerkt is. Tijdens deze schorsing van de gemeenteraad opent de voorzitter de raad voor maatschappelijk welzijn waarna de agenda van de raad voor maatschappelijk welzijn volledig afgewerkt wordt. Na het sluiten van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn, opent de voorzitter het besloten deel van de gemeenteraad.

 

Als tijdens de openbare vergadering van de gemeenteraad blijkt dat de behandeling van een punt in besloten zitting moet worden voortgezet, kan de openbare vergadering van de gemeenteraad, enkel met dit doel, worden onderbroken.

 

Als tijdens de besloten vergadering van de gemeenteraad blijkt dat de behandeling van een punt in openbare zitting moet gebeuren, dan wordt dat punt opgenomen op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad. In geval van dringende noodzakelijkheid van het punt, of in geval van de eedaflegging van een personeelslid kan de besloten zitting, enkel met dat doel, worden onderbroken.

 

Artikel 7

De gemeenteraadsleden, alsmede alle andere personen die krachtens de wet of het decreet de besloten vergaderingen van de gemeenteraad bijwonen, zijn tot geheimhouding verplicht.

 

INFORMATIE VOOR HET PUBLIEK

 

Artikel 8

§ 1. - Plaats, dag en uur van de vergaderingen van de gemeenteraad en de agenda worden openbaar bekend gemaakt door publicatie op de webtoepassingvan het lokaal bestuur. Dit gebeurt uiterlijk acht dagen voor de vergadering. Deze bekendmaking wordt gecommuniceerd via de sociale mediakanalen van het lokaal bestuur.

 

Indien raadsleden punten aan de agenda toevoegen, wordt de aangepaste agenda binnen de 24 uur nadat hij is vastgesteld, op dezelfde wijze bekendgemaakt.

 

In spoedeisende gevallen wordt de agenda uiterlijk 24 uur nadat hij is vastgesteld, en uiterlijk vóór de aanvang van de vergadering, op dezelfde wijze bekendgemaakt.

 

§ 2. - De agenda van de vergadering van de raad met toelichtende nota wordt bezorgd aan alle lokale perscorrespondenten.

 

§ 3. - Elke belangstellende inwoner kan een gratis abonnement bekomen op de agenda van de gemeenteraadsvergaderingen met toelichting en het goedgekeurde verslag van de gemeenteraad via e-mail.

 

§ 4. - Eenieder die de raadszitting bijwoont, krijgt bij het binnenkomen de agenda (met onderverdeling in A&B-punten cfr. art 15 §5) overhandigd.

 

§ 5. - De gemeente maakt, aan iedere natuurlijke persoon en aan iedere rechtspersoon of groepering die erom verzoekt, de agenda van de gemeenteraad en de stukken die erop betrekking hebben, openbaar door er inzage in te verlenen, er uitleg over te verschaffen of er een afschrift van te overhandigen overeenkomstig de regels in verband met openbaarheid van bestuur.

 

§ 6. – De beslissingen van de gemeenteraad worden door de burgemeester bekendgemaakt op de webtoepassing van de gemeente zoals bepaald in art. 285 tot 287 van het decreet over het lokaal bestuur. Aan de beslissingen van de gemeenteraad wordt verder de nodige bekendheid gegeven door ze beknopt, zo nodig met toelichting, te publiceren in het gemeentelijk informatieblad. Daar wordt ook telkens de link naar de webtoepassing bij vermeld.

 

INFORMATIE VOOR DE RAADSLEDEN

 

Artikel 9

§ 1. – Vanaf de verzending van de oproeping worden op het netwerk van het lokaal bestuur voor de raadsleden alle stukken ter beschikking gesteld die horen bij de agenda. In het bijzonder gaat het over de verklarende nota's, de feitelijke gegevens, de eventueel verleende adviezen en de gemotiveerde ontwerpen van beslissing.

 

Ook de nog goed te keuren notulen en het nog goed te keuren zittingsverslag van de vorige vergadering worden op dezelfde wijze ter beschikking gesteld.

 

Wanneer het dossier stukken bevat die niet digitaal ter beschikking kunnen gesteld worden, zal dit uitdrukkelijk vermeld worden in de mail van oproeping, zodat de raadsleden deze kunnen komen inkijken op het secretariaat tijdens de kantooruren. Deze kunnen er vóór de vergadering kennis van nemen.

 

§ 2. – De ontwerpen van meerjarenplan, aanpassingen van het meerjarenplan en jaarrekening worden op zijn minst veertien dagen vóór de vergadering waarop ze besproken worden aan ieder lid van de gemeenteraad bezorgd.

 

Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld.

 

Deze stukken worden op dezelfde wijze bezorgd aan de raadsleden zoals in art. 9, §1 van dit reglement.

 

Artikel 10

Aan de raadsleden moet, op hun verzoek, door de algemeen directeur of door de door hem aangewezen personeelsleden technische toelichting worden verstrekt over de stukken in de dossiers voor de vergadering van de gemeenteraad. Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure.

 

De raadsleden richten hun verzoek mondeling of per e-mail aan de algemeen directeur of de dossierbeheerder. Vragen worden op dezelfde wijze beantwoord als ze gesteld worden, tenzij het raadslid en de algemeen directeur (of het aangewezen personeelslid) anders overeenkomen.

De mondelinge toelichting gebeurt tijdens de kantooruren tenzij anders wordt overeengekomen.

 

Artikel 11

§ 1. - De raadsleden hebben, ongeacht de drager, het recht van inzage in alle dossiers, stukken en akten, betreffende het bestuur van de gemeente.

 

§ 2. - De notulen van het college van burgemeester en schepenen worden, uiterlijk op dezelfde dag als de vergadering van het college volgend op deze waarop de notulen werden goedgekeurd, verstuurd aan de gemeenteraadsleden. Dit gebeurt via een e-mail met een link naar het beveiligd digitaal platform van het lokaal bestuur.

 

§ 3. – De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad en die bestemd is voor de gemeenteraad, wordt binnen de drie dagen via e-mail met een link naar de brief op het netwerk van het lokaal bestuur meegedeeld aan de gemeenteraadsleden.

 

§ 4. – De raadsleden hebben via het netwerk van het lokaal bestuur steeds toegang tot alle volgende documenten die opgemaakt zijn tijdens de huidige bestuursperiode:

  1. de goedgekeurde notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad;
  2. de goedgekeurde notulen van de vergaderingen van het college van burgemeester en schepenen;
  3. de adviezen van het bijzonder comité voor de sociale dienst aan de gemeenteraad of het college van burgemeester en schepenen;
  4. de goedgekeurde notulen van de vergaderingen van de gemeenteraadscommissies;
  5. de dossiers betreffende de op de agenda van de gemeenteraadcommissies ingeschreven zaken;
  6. de beslissingen van de deontologische commissie;
  7. de adviezen van de gemeentelijke adviesraden

 

§ 5. – Alle andere documenten en dossiers dan die in art. 9 en art. 11 § 2 tot 4, die betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, kunnen door de raadsleden op vraag geraadpleegd worden via het netwerk van het lokaal bestuur.

 

De raadsleden vragen inzage via e-mail aan de algemeen directeur. Daarbij geven ze duidelijk aan welke concrete stukken ze wensen in te zien. Het moet gaan om een vraag die niet onredelijk is. Uiterlijk drie dagen na ontvangst van de aanvraag antwoordt de algemeen directeur via e-mail met een link naar het netwerk van het lokaal bestuur waarop de stukken beschikbaar gesteld worden. De stukken worden vanaf dat moment minstens acht dagen beschikbaar gesteld. Indien een raadslid vermoedt dat een opgevraagd stuk onvolledig is, meldt het raadslid dit onmiddellijk aan de algemeen directeur.

 

Ook als de inzage geweigerd wordt, antwoordt de algemeen directeur binnen dezelfde termijn via een e-mail met daarin de motivering waarom de inzage geweigerd wordt.

 

§ 6. - De raadsleden kunnen via een gelijkaardige procedure en termijnen als in §5 van dit artikel een afschrift verkrijgen van die dossiers, stukken en akten. De gevraagde afschriften worden niet ter beschikking gesteld via het netwerk, maar ter afhaling klaargelegd op het secretariaat. Er wordt geen vergoeding gevraagd voor een geleverd afschrift, tenzij de aanvraag zeer omvangrijk is. De vergoeding die eventueel wordt gevraagd voor het afschrift, mag in geen geval meer bedragen dan de kostprijs.

 

Artikel 12

§7. - De raadsleden hebben het recht de gemeentelijke instellingen, en diensten die de gemeente opricht en beheert, te bezoeken.

 

Om de algemeen directeur in de mogelijkheid te stellen het bezoekrecht praktisch te organiseren, delen de raadsleden minstens drie werkdagen vooraf schriftelijk mee welke instelling zij willen bezoeken en op welke dag en welk uur.

 

Tijdens het bezoek van een gemeentelijke inrichting mogen de raadsleden zich niet mengen in de werking. De raadsleden zijn op bezoek en gedragen zich als een bezoeker.

 

Artikel 13

De raadsleden hebben het recht mondelinge en schriftelijke vragen te stellen aan het college van burgemeester en schepenen over gemeentelijke aangelegenheden. Daartoe is geen toegelicht voorstel van beslissing nodig.

 

Op schriftelijke vragen van raadsleden wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord. Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over gemeentelijke aangelegenheden, die niet op de agenda van de gemeenteraad staan. Op deze mondelinge vragen wordt ten laatste tijdens de volgende zitting geantwoord.

 

QUORUM

 

Artikel 14

§ 1. - Vooraleer aan de vergadering van de raad deel te nemen, tekenen de leden de aanwezigheidslijst. De namen van de leden die deze lijst tekenden, worden in de notulen vermeld.

 

§ 2. - De gemeenteraad kan enkel beraadslagen of beslissen als de meerderheid van de zittinghebbende leden van de gemeenteraad aanwezig is.

 

Indien een kwartier na het vastgestelde uur niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, stelt de voorzitter vast dat de vergadering niet kan doorgaan.

 

Indien tijdens de vergadering het quorum niet meer gehaald wordt, schorst de voorzitter de vergadering voor een kwartier. Stelt de voorzitter na de heropening vast dat er nog steeds niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te vergaderen, dan sluit de voorzitter de vergadering.

 

De agendapunten die niet afgehandeld zijn, worden hernomen bij de start van de eerstvolgende raadsvergadering. Ze worden ook op die wijze opgenomen in de agenda.

 

§ 3 - De raad kan echter, als hij eenmaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden aanwezig is, na een tweede oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, op geldige wijze beraadslagen en beslissen over de onderwerpen die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.

 

In de oproeping wordt vermeld dat het om een tweede oproeping gaat. In de tweede oproeping worden de bepalingen van artikel 26 van het decreet over het lokaal bestuur overgenomen.

 

WIJZE VAN VERGADEREN

 

Artikel 15

§ 1. - De voorzitter zit de vergaderingen van de gemeenteraad voor, en opent en sluit de vergaderingen.

 

Op de voor de vergadering vastgestelde dag en uur en zodra voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, verklaart de voorzitter de vergadering voor geopend.

 

§ 2. - Op vraag van een raadslid, of op eigen initiatief, kan de voorzitter de vergadering schorsen als dat wenselijk is. De duur van de schorsing wordt bepaald door de voorzitter van de raad. Van deze schorsing wordt melding gemaakt in de notulen.

 

§ 3. -  Het laten deelnemen van derde personen aan de vergadering is slechts toegelaten in de gevallen voorzien in het decreet over het lokaal bestuur en de reglementen van de gemeenteraad.

 

Buiten deze gevallen kunnen derden bij de behandeling van een bepaald agendapunt slechts toegelaten worden met het oog op het verstrekken van informatie, toelichtingen en/of technische adviezen inzake materies, waarin zij uit hoofde van hun vorming, kwalificatie en/of beroepservaring als deskundig worden erkend.

 

De voorzitter kan derden uitnodigen.

 

Een fractie kan de voorzitter voorstellen een deskundige met betrekking tot een bepaald agendapunt uit te nodigen. De voorzitter beslist hierover.

 

De voorzitter bepaalt wanneer een derde tijdens de raad het woord krijgt.

 

Derden kunnen in geen geval deelnemen aan de besluitvorming en mogen het besloten deel van de vergadering enkel bijwonen gedurende de toelichting die ze geven.

 

§ 4. -  De voorzitter geeft bij het begin van de raad kennis van de tot de raad gerichte verzoeken en doet alle mededelingen die de raad aanbelangen.

 

De gemeenteraad vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde, tenzij de raad er anders over beslist.

 

§ 5. - Voor de behandeling van de agenda kan de raad beslissen de agendapunten onder te verdelen in A- en B-punten:

        A-punten zijn de agendapunten waarover één of meerdere raadsleden uitdrukkelijk voorafgaand een toelichting, tussenkomst of de afzonderlijke stemming vragen.

        B-punten zijn de agendapunten waarover voorafgaand geen verzoek tot toelichting, tussenkomst of afzonderlijke stemming wordt ontvangen.

 

De voorzitter richt hiervoor – bij de oproeping voor de raad - een verzoek aan de raadsleden individueel of de fractievoorzitters voor hun fractie om:

        uiterlijk 1 dag vóór de vergadering om 16u.

        via mail aan de algemeen directeur aan te geven welke punten van de agenda van de raad zij als A- dan wel B-punten aanduiden.

 

Het verzoek van de voorzitter wordt verzonden via e-mail uitgaande van de algemeen directeur of het secretariaat.

 

Op basis van de antwoorden van de raadsleden of fractievoorzitters worden de agendapunten onderverdeeld in A- en B-punten.

 

Wie niet reageert binnen de gestelde termijn wordt geacht dat hij geen toelichting, tussenkomst of afzonderlijke stemming wenst en dus alle punten worden voor dat raadslid als B-punten beschouwd.

 

De algemeen directeur bezorgt de resultaten aan de raadsvoorzitter en deelt via mail een overzicht van de gevraagde toelichtingen, tussenkomsten en stemmingen mee aan de raadsleden vóór aanvang van de raad.

 

§ 6. - Een punt dat niet op de agenda van de gemeenteraad voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen.

 

Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.

 

Artikel 16

§ 1. –

Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter of er amendementen zijn op het voorstel van beslissing en welk lid aan het woord wenst te komen over het voorstel. Als er amendementen zijn, worden deze schriftelijk bezorgd aan de voorzitter. Ze worden mondeling toegelicht door de indiener wanneer die het woord krijgt.

 

Een amendement is een voorstel tot wijziging van de voorgestelde beslissing bij een agendapunt, zonder dat de voorgestelde beslissing daardoor fundamenteel verandert.

 

Wordt er twijfel geuit of het wel gaat om een amendement of een nieuw agendapunt, dan beslist de raad of het om een amendement gaat. Meent de raad dat dit niet het geval is, dan wordt het ingediende amendement als onbestaande beschouwd.

 

De voorzitter verleent het woord in volgorde van de aanvragen en, in geval van gelijktijdige aanvraag, op basis van de rangorde van de raadsleden.

 

§ 2. - De voorzitter kan op elk moment in de vergadering het woord geven aan de algemeen directeur.

 

§ 3. - Geen enkel raadslid mag meer dan tweemaal het woord nemen over hetzelfde onderwerp, tenzij de voorzitter er anders over beslist.

 

§ 4. - Het woord kan door de voorzitter niet geweigerd worden voor een rechtzetting van beweerde feiten.

 

In de volgende gevallen en volgorde krijgt iemand voorrang om te spreken, waardoor de bespreking van de hoofdvraag of het voorstel van beslissing tijdelijk wordt onderbroken:

  1. om te vragen dat men niet zal besluiten;
  2. om de verdaging te vragen;
  3. om een punt te verwijzen naar een gemeenteraadscommissie of naar de deontologische commissie;
  4. om voor te stellen dat een ander dan het in bespreking zijnde probleem bij voorrang zou behandeld worden;
  5. om te eisen dat het voorwerp van de beslissing concreet zou omschreven worden;
  6. om naar het reglement te verwijzen.

 

§ 5. - Niemand mag onderbroken worden wanneer hij/zij spreekt, behalve door de voorzitter voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde.

 

Als een raadslid, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen. Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan hem het woord door de voorzitter ontnomen worden. Elk lid, dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter, tracht aan het woord te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.

 

Dit geldt eveneens voor hen, die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en bekomen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter.

 

Elk scheldwoord, elke beledigende of discriminerende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden geacht de orde te verstoren.

 

§ 6. - Nadat de leden voldoende aan het woord zijn geweest en indien de raadsvoorzitter oordeelt dat het agendapunt voldoende werd besproken, sluit de voorzitter de bespreking.

 

Artikel 17

§1. - De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de raadsvergadering. Van de handelingen die hij in dit verband stelt, wordt melding gemaakt in de notulen.

 

§2. - Elk raadslid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde geroepen. Elk lid dat tot de orde werd geroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt.

 

§3. - De voorzitter kan, na een voorafgaande waarschuwing, elke toehoorder die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of die op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt, uit de zaal doen verwijderen.

 

De voorzitter kan bovendien een proces-verbaal opmaken tegen die persoon en dat proces-verbaal bezorgen aan het openbaar ministerie met het oog op de eventuele vervolging van de betrokkene.

 

§4. - Wanneer de vergadering rumoerig wordt, zodat het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij/zij, bij voortzetting van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten.

 

Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit hij de vergadering. De leden van de raad moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten.

 

Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.

 

WIJZE VAN STEMMEN

 

Artikel 18

§ 1. - Voor elke stemming in de gemeenteraad omschrijft de voorzitter het voorwerp van de bespreking waarover de vergadering zich moet uitspreken.

 

De amendementen worden vóór de hoofdvraag en de subamendementen vóór de amendementen ter stemming gelegd.

 

Indien de agendapunten onderverdeeld werden in A- en B-punten zoals bepaald in art. 15 § 5 van dit reglement, zal de voorzitter vragen om de B-punten met 1 globale stemming goed te keuren. De voorzitter overloopt de punten enkel aan de hand van de volgnummers (de titels worden dus niet volledig afgelezen).

 

Vervolgens roept de voorzitter alle A-punten afzonderlijk op.

 

§ 2. - De beslissingen worden bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen. De volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de stemmen, onthoudingen, blanco en ongeldige stemmen niet meegerekend. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen.

 

§ 3. - De gemeenteraadsleden stemmen niet geheim, behalve in de volgende gevallen:

  1. de vervallenverklaring van het mandaat van gemeenteraadslid en van schepen;
  2. het aanwijzen van de leden en het beëindigen van deze aanwijzing van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen;
  3. individuele personeelszaken.

 

§ 4. - De voorzitter stemt als laatste, behalve bij geheime stemming.

 

Artikel 19

§ 1. -  De raadsleden stemmen mondeling.

 

§ 2. - De mondelinge stemming geschiedt door, elk raadslid ‘ja’, ‘neen’ of ‘onthouding’ te laten uitspreken. Zij doen dat in volgorde van hun plaats in de vergaderzaal.

 

Artikel 20

Bij een geheime stemming worden voorbereide stembriefjes gebruikt en wordt uniform schrijfmateriaal ter beschikking gesteld, zodat het niet mogelijk is om aan de stembriefjes te zien welke pen er gebruikt is.

 

De raadsleden stemmen ‘ja’, ‘neen’ of onthouden zich. De onthouding gebeurt bij een geheime stemming door het afgeven van een blanco stembriefje.

 

De stembriefjes, in vieren dichtgevouwen, worden overhandigd aan de voorzitter.

 

Voor de stemming en de stemopneming is het bureau samengesteld uit de voorzitter en de jongste twee raadsleden. Ieder raadslid is gemachtigd de regelmatigheid van de stemopnemingen na te gaan.

 

Vooraleer tot de stemopneming over te gaan, wordt het aantal stembriefjes geteld. Stemt dit aantal niet overeen met het aantal raadsleden die aan de stemming hebben deelgenomen, dan worden de stembriefjes vernietigd en wordt elk raadslid uitgenodigd opnieuw te stemmen.

 

Artikel 21

Voor elke benoeming tot ambten, elke contractuele aanstelling, elke verkiezing en elke voordracht van kandidaten wordt tot een afzonderlijke stemming overgegaan. Als bij de benoeming, de contractuele aanstelling, de verkiezing of de voordracht van kandidaten de vereiste meerderheid niet wordt verkregen bij de eerste stemming, wordt opnieuw gestemd over de twee kandidaten die de meeste stemmen hebben behaald.

 

Als bij de eerste stemming sommige kandidaten een gelijk aantal stemmen behaald hebben, dan wordt de jongste kandidaat tot de herstemming toegelaten. Personen worden benoemd, aangesteld, verkozen of voorgedragen bij volstrekte meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen heeft de jongste kandidaat de voorkeur.

 

Artikel 22

§ 1. - De gemeenteraad stemt over het eigen deel van elk beleidsrapport.

 

Nadat zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn elk hun deel van het beleidsrapport hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport goed zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn. De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad.

 

§ 2. -  De gemeenteraad stemt telkens over het geheel van het eigen deel van het beleidsrapport.

 

In afwijking daarvan kan elk raadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst in het gemeentelijke deel van het beleidsrapport. In dat geval mag de gemeenteraad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming.

 

Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van het beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de gemeenteraad.

 

Is er in de raad voor maatschappelijk welzijn een afzonderlijke stemming geweest, waardoor de stemming over het geheel verdaagd is naar een volgende vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn en had de gemeenteraad ervoor zijn deel van het beleidsrapport al vastgesteld, dan vervalt die vaststelling en stelt de gemeenteraad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.

 

NOTULEN, ZITTINGSVERSLAG EN ONDERTEKENING

 

Artikel 23

§ 1. -  De notulen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen.

 

Zij maken eveneens duidelijk melding van alle beslissingen. Behalve bij geheime stemming of bij unanimiteit, vermelden de notulen voor elk raadslid of hij voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich onthield.

 

De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 277 en 278 van het decreet over het lokaal bestuur.

 

§ 2. - De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio-opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.

 

Een raadslid kan vragen om in het zittingsverslag de rechtvaardiging van zijn stemgedrag op te nemen.

 

§ 3. - Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 5, §2 en artikel 6 van dit reglement in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.

 

§ 4. - Tijdens de vergaderingen van de gemeenteraad mogen geen audio- of audiovisuele opnames gemaakt worden, behalve door wie verantwoordelijk is voor het opmaken van de notulen en het zittingsverslag. Deze opnames zijn geen bestuursdocumenten, maar louter een administratief hulpmiddel. Ze mogen enkel gebruikt en geraadpleegd worden ter ondersteuning van de opmaak van het ontwerpzittingsverslag en de ontwerpnotulen. Vanaf het moment dat de ontwerpnotulen en het ontwerpzittingsverslag goedgekeurd zijn, worden de opnames meteen en definitief gewist.

 

De raadsvoorzitter kan in uitzonderlijke omstandigheden toch opnames toelaten tijdens het openbare deel van de raadsvergadering. De gemeenteraad wordt daarvan op de hoogte gebracht bij het begin van de vergadering.

 

Artikel 24

§ 1. -  De nog goed te keuren notulen en het nog goed te keuren zittingsverslag van de vorige raadsvergadering worden ter beschikking gesteld van de raadsleden zoals bepaald in art. 9, §1 van dit reglement.

 

Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.

 

Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur ondertekend. In het geval de gemeenteraad bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan de gemeenteraad beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering.

 

Het zittingsverslag wordt samen met de notulen actief openbaar gemaakt via de bekendmaking op de webtoepassing van het lokaal bestuur.

 

§ 2. - Zo dikwijls de gemeenteraad het gewenst acht, worden de notulen geheel of gedeeltelijk staande de vergadering opgemaakt en ter plekke door de meerderheid van de aanwezige raadsleden en de algemeen directeur ondertekend.

 

Artikel 25

De reglementen, beslissingen, akten, brieven en alle andere stukken worden ondertekend zoals bepaald in artikel 279 tot 283 van het decreet over het lokaal bestuur.

 

De stukken die niet vermeld worden in artikel 279 §,1 tot §3 en §5 van het decreet over het lokaal bestuur, worden ondertekend door de burgemeester en medeondertekend door de algemeen directeur. Zij kunnen deze bevoegdheid overdragen conform artikel 280, 281 en artikel 283 van het decreet over het lokaal bestuur.

 

FRACTIES

 

Artikel 26

§ 1. - Het gemeenteraadslid of de gemeenteraadsleden die op eenzelfde lijst verkozen zijn, vormen één fractie. Enkel wanneer voldaan is aan artikel 71, vijfde lid, van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011 kunnen de kandidaten van een lijst twee aparte fracties vormen.

 

§ 2. - Elke fractie kiest een fractieleider uit haar leden en deelt op de eerstvolgende raadsvergadering mee wie de fractieleider is. Een fractie kan op elk moment een nieuwe fractieleider kiezen.

 

De fractieleider vertegenwoordigt de fractie in de vergaderingen van de gemeenteraad en het bureau van de raad. Hij/zij fungeert als aanspreekpunt voor de algemeen directeur en het college van burgemeester en schepenen.

 

De fractieleider coördineert de standpunten en activiteiten van de fractie en zorgt voor een effectieve communicatie binnen de fractie.

 

Wanneer de fractieleider afwezig is, wordt deze functie waargenomen door een ander lid van de fractie. Men kijkt daarbij in afnemende volgorde naar de naamstemmen die elk lid behaalde bij de gemeenteraadsverkiezingen.

 

RAADSCOMMISSIES

 

Artikel 27

§ 1. - De gemeenteraad kan commissies oprichten die zijn samengesteld uit gemeenteraadsleden. De commissies hebben als taak het voorbereiden van de besprekingen in de gemeenteraadszittingen, het verlenen van advies en het formuleren van voorstellen over de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht. De commissies kunnen steeds deskundigen en belanghebbenden horen. De commissievoorzitter beslist hierover.

 

De gemeenteraad richt een commissie “Beleid” op. De bevoegdheden van deze commissie worden als volgt bepaald:

      Voorbereiding en advies betreffende de opmaak en opvolging van het gemeentelijk meerjarenplan via de Beleids- en Beheerscyclus (BBC);

      Andere beleidsvoorbereidende onderwerpen;

      Waken over de afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en verzelfstandigde agentschappen van de gemeente;

 

§ 2. – De gemeenteraad bepaalt het aantal leden per gemeenteraadscommissie. De mandaten in iedere commissie worden door de gemeenteraad evenredig verdeeld volgens Het systeem D’Hondt.

 

Elke fractie wijst de mandaten toe, die haar overeenkomstig de voormelde berekeningswijze toekomen, met een voordracht, gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Als de voorzitter van de gemeenteraad voordrachten ontvangt voor meer kandidaten dan er mandaten te begeven zijn voor een fractie, worden de mandaten toegewezen in de volgorde waarin de kandidaten vermeld staan op de akte van voordracht.

 

Als ten gevolge van de toepassing van de evenredige vertegenwoordiging een fractie niet vertegenwoordigd is in een commissie, kan de fractie een raadslid aanwijzen dat als lid met raadgevende stem in de commissie zetelt.

 

Tot de eerstvolgende volledige vernieuwing van de gemeenteraad wordt een fractie geacht hetzelfde aantal leden in de commissies te behouden. Als een lid uit de fractie stapt, of gezet wordt, dan kan dat lid niet meer zetelen in een raadscommissie. Dat kan noch als lid van deze fractie, noch als lid van een andere fractie. Niettemin behouden die fracties het oorspronkelijke aantal leden in de commissie. Deze regel geldt niet voor raadscommissies waarvan alle raadsleden lid zijn.

 

De commissies worden echter opnieuw samengesteld na de aanname van een collectieve of een individuele constructieve motie van wantrouwen als daardoor het aantal mandaten dat toekomt aan de fracties waarvan leden deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen niet hoger is dan de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de andere fracties.

 

§3. - Om ontvankelijk te zijn, moet de akte van voordracht voor elk van de kandidaat-commissieleden ten minste ondertekend zijn door een meerderheid van de leden van de fractie waarvan het kandidaat-commissielid deel uitmaakt. Als de fractie van het kandidaat-commissielid maar uit twee verkozenen bestaat, volstaat de handtekening van een van hen.

 

Niemand kan meer dan één akte ondertekenen per beschikbaar mandaat voor de fractie.

 

Raadsleden die op basis van art. 12 van het DLB tijdelijk in de raad zetelen ter vervanging van een verhinderd raadslid, vervangen dat raadslid tijdens de periode van verhindering ook in de commissies waar het verhinderd lid normaal gezien zetelt.

 

In voormelde commissie “Beleid” wordt voor de bestuursperiode 2025-2030 volgende samenstelling goedgekeurd:

        cd&v Bierbeek-fractie :  4 leden

        N-VA-fractie:    2 leden

        Open Bierbeek-fractie:  1 lid

        Vooruit Bierbeek -fractie: 1 lid

        GROEN-fractie :  1 lid

 

§ 4. - Elke commissie wordt voorgezeten door een gemeenteraadslid dat gekozen is door en onder de leden van de commissie. De leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen voorzitter zijn van een commissie.

 

§ 5. – De commissies vergaderen in principe fysiek, tenzij de voorzitter in de bijeenroeping aangeeft dat het om een digitale vergadering gaat. Bij een fysieke vergadering kan de voorzitter bij het begin van de vergadering ook de toelating geven aan een of meer leden die erom verzoeken om digitaal deel te nemen. De commissievoorzitter zelf kan nooit digitaal deelnemen aan een fysieke of hybride vergadering van een commissie.

 

De commissie wordt door de commissievoorzitter bijeengeroepen op dezelfde wijze als de raad bijeengeroepen wordt in art. 2, §2 (en eventueel art. 4, §1 en §2) van dit reglement. De stukken die bij de agenda horen, worden op dezelfde wijze bekend gemaakt aan de raadsleden. De oproepingsbrief vermeldt de agenda en wordt naar alle raadsleden gestuurd. Deze informatie wordt eveneens bekendgemaakt aan het publiek door publicatie op de webtoepassing van de gemeente.

 

Een derde van de leden van de commissie kan de commissievoorzitter vragen de commissie bijeen te roepen. In hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur moeten de aanvragers de agenda vermelden, of het gaat om een fysieke of digitale vergadering, en de datum en het uur van de beoogde vergadering. De algemeen directeur bezorgt de voorstellen aan de commissievoorzitter. De aanvraag moet ondertekend zijn door minstens het vereiste aantal commissieleden en moet tijdig ingediend worden, zodat de commissievoorzitter de commissie bijeen kan roepen binnen een redelijke termijn. De commissievoorzitter kan punten aan de agenda toevoegen.

 

De vergaderingen van de commissies zijn openbaar volgens dezelfde regels als die voor de gemeenteraad.

 

De commissies kunnen geldig vergaderen, ongeacht het aantal aanwezige leden.

 

De leden van de commissies stemmen nooit geheim, behalve in de gevallen bepaald in art. 18, §3 van dit reglement.

 

Raadsleden die geen lid van de commissie zijn, of geen lid zijn met raadgevende stem, kunnen zonder stemrecht de vergaderingen van de commissies bijwonen. Ze hebben er ook spreekrecht.

 

Vooraleer aan de vergadering deel te nemen, tekenen de leden van elke commissie een aanwezigheidslijst, die aan de algemeen directeur wordt bezorgd.

 

Het ambt van secretaris van een raadscommissie wordt waargenomen door de algemeen directeur of door een daartoe door de algemeen directeur aangewezen personeelslid.

 

§ 6. - De tuchtcommissie wordt voorgezeten door de voorzitter van de gemeenteraad. De tuchtcommissie vergadert volgens dezelfde regels als de gewone raadscommissies, maar wel besloten.

 

§ 7. - De deontologische commissie is geen commissie zoals bedoeld in dit artikel. De samenstelling, werking en bevoegdheid van de deontologische commissie wordt geregeld in de deontologische code voor mandatarissen.

 

 

VERGOEDINGEN RAADSLEDEN

 

Artikel 28

§ 1. - Aan de gemeenteraadsleden, met uitzondering van de burgemeester en de schepenen, wordt presentiegeld verleend voor de volgende vergaderingen waarop zij aanwezig zijn:

  1. De vergaderingen van de gemeenteraad.

 

§ 2. - Het presentiegeld bedraagt 260 euro voor de vergaderingen van de gemeenteraad. Het bedrag wordt niet geïndexeerd.

 

§ 3. - De voorzitter van de gemeenteraad ontvangt een dubbel presentiegeld voor de vergaderingen van de gemeenteraad die de voorzitter voorzit.

 

Artikel 29

§ 1. - Conform de dienstverlening, zoals bepaald in dit reglement, hebben de raadsleden in het gemeentehuis toegang tot telefoon en internet, en kunnen ze kopieën bekomen van gemeentelijke bestuursdocumenten. In een daartoe voorbehouden lokaal kunnen de diverse gemeenteraadsfracties alle nodige informatie inkijken.

 

Alle raadsleden krijgen ook een beveiligde toegang tot het beveiligd digitaal platform van de gemeente.

 

§ 2. - Gemeenteraadsleden kunnen :

  1. de kosten van studiedagen of vormingscursussen, ingericht door overheidsinstanties, onderwijsinstellingen of de VVSG;
  2. de kosten voor de aankoop van relevante documentatie;

terugvorderen van het gemeentebestuur, voor zover deze uitgaven noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun mandaat. Deze kosten moeten worden verantwoord met bewijsstukken. Indien gewenst kan de inschrijving en betaling rechtstreeks via de gemeente gebeuren.

 

De terugvorderbare kosten mogen niet buitensporig zijn en moeten vergelijkbaar zijn met deze van vormingsinitiatieven voor gemeente- en OCMW-personeel. Ze betreffen in principe enkel vormingscycli of studiedagen in het binnenland. Er worden geen kosten vergoed voor het behalen van bijkomende diploma’s.

 

De relevantie en de kostprijs van de vorming worden beoordeeld door de algemeen directeur in overleg met de vormingsambtenaar.

 

Als maximaal jaarlijks terug te betalen bedrag wordt 250 euro per raadslid vooropgesteld. Uitzonderingen kunnen worden toegestaan door het college van burgemeester en schepenen.

 

§ 3. - Wie gebruik maakt van het openbaar vervoer voor het volgen van studiedagen of vormingscursussen, krijgt zijn verplaatsingskosten terugbetaald na voorlegging van de nodige bewijsstukken.

 

Jaarlijks wordt een overzicht gemaakt van de terugbetaling van de kosten van de mandatarissen. Dat document is openbaar.

 

§ 4. - De gemeente sluit een verzekering af om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die bij de normale uitoefening van hun mandaat persoonlijk ten laste komt van de gemeenteraadsleden.

 

De gemeente sluit naast de verzekering, vermeld in het eerste lid, de volgende verzekeringen af:

        een verzekering om de bestuurdersaansprakelijkheid te dekken die persoonlijk ten laste komt van gemeenteraadsleden bij de normale uitoefening van hun mandaat, als ze de gemeente vertegenwoordigen als lid van de raad van bestuur of als dagelijks bestuurder in een rechtspersoon indien die rechtspersoon geen bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering heeft afgesloten voor de vertegenwoordigende mandataris;

        een verzekering voor ongevallen die de gemeenteraadsleden overkomen in het kader van de normale uitoefening van hun mandaat.

 

VERZOEKSCHRIFTEN AAN DE ORGANEN VAN DE GEMEENTE

 

Artikel 30

§ 1. - Iedere burger heeft het recht verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van de gemeente in te dienen. Een verzoek is een vraag om iets te doen of te laten. Uit de tekst van het verzoekschrift moet de vraag duidelijk zijn. De organen van de gemeente zijn de gemeenteraad, het college van burgemeester en schepenen, de voorzitter van de gemeenteraad, de burgemeester, de algemeen directeur en elk ander orgaan van de gemeente dat als overheid optreedt.

 

§ 2. - De verzoekschriften worden aan het orgaan van de gemeente gericht tot wiens bevoegdheid de inhoud van het verzoek behoort. Komt een verzoekschrift niet bij het juiste orgaan aan, dan bezorgt dit orgaan het verzoek aan de juiste bestemmeling.

 

§ 3. - Verzoekschriften die een onderwerp betreffen dat niet tot de bevoegdheid van de gemeente behoort, zijn onontvankelijk.

 

Verzoekschriften die duidelijk tot de bevoegdheid van het OCMW behoren, worden overgemaakt aan het bevoegde orgaan van het OCMW. De indiener wordt daarvan op de hoogte gebracht.

 

Een schriftelijke vraag wordt niet als verzoekschrift beschouwd als:

  1. de vraag onredelijk is of te vaag geformuleerd;
  2. het louter een mening is en geen concreet verzoek;
  3. de vraag anoniem, d.w.z. zonder vermelding van naam, voornaam en adres, werd ingediend;
  4. het taalgebruik ervan beledigend of discriminerend is.

 

Het orgaan of de voorzitter van het orgaan maakt deze beoordeling. Hij kan de indiener om een nieuw geformuleerd verzoekschrift vragen dat wel aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoet.

 

Artikel 31

§ 1. – Is het een verzoekschrift voor de gemeenteraad, dan plaatst de raadsvoorzitter het verzoekschrift op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad indien het minstens 14 dagen vóór de vergadering werd ontvangen. Wordt het verzoekschrift later ingediend, dan komt het op de agenda van de volgende vergadering.

 

§ 2. - De gemeenteraad kan de bij hem ingediende verzoekschriften naar het college van burgemeester en schepenen of naar een gemeenteraadscommissie verwijzen met het verzoek om over de inhoud ervan uitleg te verstrekken.

 

§ 3. - De verzoeker of, indien het verzoekschrift door meerdere personen ondertekend is, de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift, kan worden gehoord door het betrokken orgaan van de gemeente. In dat geval heeft de verzoeker of de eerste ondertekenaar van een verzoekschrift het recht zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze.

 

§ 4. - Het betrokken orgaan van de gemeente verstrekt, binnen drie maanden na de indiening van het verzoekschrift, een gemotiveerd antwoord aan de verzoeker of, indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, aan de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift.

 

VRAGENKWARTIERTJE VOOR INWONERS

 

Artikel 32

§ 1. Doel.

De gemeenteraad organiseert een vragenkwartiertje voor de inwoners van de gemeente.

 

§ 2. Tijdstip.

De openbare zitting van de gemeenteraad eindigt met de vraagstelling van het vragenkwartiertje.

Indien niet alle vragen behandeld zijn binnen dit kwartier worden de resterende vragen bij voorrang behandeld in het vragenkwartiertje tijdens de volgende gemeenteraadszitting, op voorwaarde dat de betrokken vraagsteller(s) aanwezig is (zijn).

 

§ 3. Vraagsteller.

De vraagsteller dient op de datum van de raadszitting ingeschreven te zijn in de bevolkingsregisters van de gemeente. Hij dient persoonlijk aanwezig te zijn op het vragenkwartiertje.

 

§ 4. Procedure.

De duidelijk en zo bondig mogelijk geformuleerde vragen dienen schriftelijk te worden bezorgd aan de voorzitter van de gemeenteraad, minstens 14 dagen vóór de gemeenteraadszitting.

De vraagsteller vermeldt zijn identiteit en adres en vermeldt aan wie de vraag gericht is.

Per zitting kan elke inwoner maximum twee vragen indienen.

De vraagsteller kan te allen tijde zijn vraag intrekken, in welk geval de vraag zonder verder gevolg wordt geklasseerd.

 

§ 5. Bekendmaking.

De gemeenteraad wordt door toedoen van de algemeen directeur uiterlijk vijf werkdagen voorafgaand aan de dag van de gemeenteraadszitting op de hoogte gebracht van de gestelde vraag of vragen.

 

§ 6. Inhoud van de vraag.

De vragen mogen enkel betrekking hebben op materies die tot de gemeentelijke bevoegdheid behoren.

Tevens mogen de vragen geen persoonlijke aanvallen of beledigingen inhouden, niet over louter statistische gegevens handelen en geen persoonsgebonden materies (die steeds een behandeling in geheime zitting kennen) aanraken.

 

§ 7. Ontvankelijkheid van de vraag.

De voorzitter oordeelt over de ontvankelijkheid van de vraag. Wordt een vraag onontvankelijk verklaard, dan stelt de algemeen directeur de indiener daarvan binnen de vijf werkdagen op de hoogte met vermelding van de reden van onontvankelijkheid.

Onontvankelijk verklaarde vragen worden geregistreerd en ter kennisgeving toegevoegd aan de mededelingen voor de raadsleden.

Inzagerecht moet toelaten om een overzicht te krijgen van alle gestelde vragen.

 

§ 8. Vraagstelling.

De vragen worden chronologisch behandeld, volgens het tijdstip van de indiening. De voorzitter verleent daartoe het woord aan de respectievelijke vraagsteller(s). Indien dezelfde vraag werd ingediend, wordt het woord verleend aan de eerste indiener.

De vraagsteller geeft voorlezing van zijn ingediende vraag, eventueel met een beperkte verduidelijking die moet voldoen aan de bepalingen van § 6. De spreektijd per vraag wordt in principe beperkt tot 5 minuten – dit is drie minuten voor de vraagstelling en twee minuten voor het antwoord. Na de vraag wordt het woord verleend aan het raadslid aan wie de vraag is gericht. Vragen met betrekking tot hetzelfde thema of dossier kunnen worden gebundeld, waarbij de voorziene tijd wordt gerespecteerd.

 

§ 9. Antwoord.

Het raadslid aan wie de vraag is gericht, kan de gestelde vraag zelf beantwoorden of het antwoord laten geven door een ander raadslid naar zijn keuze. Het antwoord zal kort en bondig zijn.

Hij heeft tevens het recht het antwoord in beraad te houden teneinde informatie in te winnen of overleg te plegen omtrent de gestelde vraag.

In dit geval zal de vraag schriftelijk beantwoord worden door het raadslid, via de algemeen directeur, binnen de 30 dagen na de zitting. Dit zal eveneens gebeuren indien het ondervraagde raadslid niet aanwezig is op het vragenkwartiertje. Van dit schriftelijk antwoord wordt beknopt mededeling gegeven in het vragenkwartiertje dat de volgende gemeenteraadszitting afsluit.

De vragen of antwoorden kunnen geen aanleiding geven tot discussie, debat of stemming. Andere raadsleden kunnen niet tussenkomen.

 

§ 10. Publicatie.

De vragen en antwoorden worden beknopt genotuleerd in het verslag van de gemeenteraad en bevatten minstens de essentie van de vraag en het antwoord.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Punt bijlagen/links Huishoudelijk reglement gemeenteraad.pdf Download
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.4. Secretariaat - Deontologische code mandatarissen gemeente Bierbeek - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Het artikel 39 van het decreet lokaal bestuur verplicht de gemeenteraad een deontologische code aan te nemen en een deontologische commissie op te richten. De deontologische code regelt ook de samenstelling, werking en bevoegdheid van de deontologische commissie. De deontologische commissie bestaat minstens uit één vertegenwoordiger per fractie in de gemeenteraad.

 

Op 1 juni 2023 keurde de gemeenteraad de deontologische code voor mandatarissen goed.

 

Argumentatie

De wijziging van de deontologische code voor mandatarissen is gebaseerd op de VVSG - Inspiratie-deontologische code voor lokale mandatarissen van 8 januari 2025.

 

De wijziging van de deontologische code voor mandatarissen werd voorbereid in besprekingen met vertegenwoordigers van alle politieke fracties uit de gemeenteraad.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

De als bijlage hierbij gevoegde deontologische code voor de mandatarissen van de gemeente Bierbeek wordt goedgekeurd.

 

Artikel 2:

De deontologische code voor de mandatarissen van de gemeente Bierbeek zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 1 juni 2023 wordt opgeheven.

 

 

DEONTOLOGISCHE CODE MANDATARISSEN

VASTGESTELD BIJ GEMEENTERAADSBESLUIT

VAN 24 APRIL 2025

 

INLEIDING

 

De Bierbeekse mandatarissen i.e. gemeenteraadsleden, schepenen en burgemeester, zijn zich bewust van hun belangrijke maatschappelijke rol. Luisterbereidheid, aanspreekbaarheid en dienstbaarheid van politici via rechtstreeks contact met de bevolking worden als waardevol en noodzakelijk beschouwd in een moderne democratie, inzonderheid naar de zwakkeren toe.

 

Het is belangrijk dat politieke mandatarissen voor de bevolking bereikbaar en aanspreekbaar zijn. Direct contact met de bevolking is een meerwaarde bij het aan politiek doen. Misbruiken inzake sociale dienstverlening dienen evenwel bestreden te worden. De doelstelling van goed bestuur houdt ook in dat geen tussenkomsten worden verricht die de goede werking van de overheidsadministraties in het gedrang brengen. Vandaar het belang van een goede regeling, zoals beoogd door voorliggende deontologische code inzake dienstverlening aan de bevolking.

 

De deontologische code voor mandatarissen inzake dienstverlening aan de bevolking, hierna de deontologische code genoemd, is het geheel van beginselen, gedragsregels en gebruiken die de mandatarissen als leidraad nemen bij hun dienstverlening aan de bevolking.

 

Deze deontologische code beoogt in hoofdzaak twee doelstellingen met betrekking tot de dienstverlening van de mandatarissen aan de bevolking:

enerzijds moeten mandatarissen de bevolking correct informeren en juist doorverwijzen naar de geëigende ambtelijke dienst. Dit heeft als doel dat de burger in zijn rol van klant van de overheidsadministratie zelf sterker wordt en dat de ambtelijke diensten hun rol van dienstverlener ten volle kunnen spelen. Anderzijds moeten mandatarissen streven naar structurele oplossingen voor de problemen die ze bij hun contacten met de bevolking vaststellen zodat de behoefte aan sociale dienstverlening stelselmatig wordt teruggedrongen.

 

De correcte naleving van de deontologische code kan ertoe bijdragen dat ook de deontologie bij de bevolking wordt versterkt en dat vragen naar onoorbare tussenkomsten niet langer worden gesteld.

Dergelijke dienstverlening of onoorbare vragen mogen zich uiteraard niet verplaatsen naar de ambtenarij of naar de lokale uitvoerende organen.

 

Onderhavige deontologische code behandelt enkel de gedragsvormen van de mandatarissen inzake dienstverlening aan de bevolking. Deontologische regels met betrekking tot andere facetten van de taak van de mandatarissen kunnen altijd nog toegevoegd worden.

 

De deontologische code is van toepassing op de lokale mandatarissen.

Voor de gemeente worden hieronder begrepen :

        de voorzitter van de gemeenteraad,

        de gemeenteraadsleden,

        de burgemeester,

        de schepenen.

 

Lokale mandatarissen die namens de gemeente andere mandaten bekleden, zijn in die hoedanigheid eveneens ertoe gehouden de bepalingen van de deontologische code na te leven. Dit geldt zowel voor de mandaten die rechtstreeks in verband staan met hun ambt als voor alle hiervan afgeleide mandaten.

 

Indien een mandaat namens de gemeente wordt opgenomen door een extern persoon, dus niet vermeld onder de tweede paragraaf van dit artikel, zal bij diens aanstelling worden gevraagd deze deontologische code te onderschrijven.

 

De toepassing van de code mag echter geen afbreuk doen aan de noodzakelijke administratieve contacten die nodig zijn om hun taak van voorbereiding van beleidsdossiers waar te maken.

 

Wanneer in deze code gemakshalve telkens gesproken wordt over de burger of bevolking, moet dit wel degelijk zo worden begrepen dat het niet enkel over een persoon kan gaan, maar ook over een groep, een vereniging, een bedrijf en andere organisaties of entiteiten die particuliere belangen nastreven of behartigen.

 

VOORKOMEN VAN (DE SCHIJN VAN) BELANGENVERMENGING EN CLIËNTELISME

 

Artikel 1

  1. Een lokale mandataris staat in al zijn handelen, in het besluitvormingsproces en in het contact met burgers, steeds in dienst van het algemeen belang.
  2. Een lokale mandataris gaat actief en uit zichzelf alle vormen van belangenvermenging (en de schijn ervan) tegen. Dit betekent dat:

        een lokale mandataris de (in de regelgeving bepaalde) met het ambt onverenigbare functies niet vervult en erover waakt geen verboden handelingen uit te voeren of verboden overeenkomsten aan te gaan;

        Onverenigbaarheden: Decreet Lokaal Bestuur, artikel 10

        Verboden handelingen: Decreet Lokaal Bestuur, artikel 27, §2

        een lokale mandataris niet deelneemt aan een bespreking en stemming, noch probeert het proces van besluitvorming in een andere fase van de besluitvorming in zijn voordeel te beïnvloeden, wanneer er sprake is van een beslissing waarbij belangenvermenging speelt;

        Gedrag bij stemming en beraadslaging: Decreet Lokaal Bestuur, artikel 27 §1 en §4

        Gedrag bij stemming en beraadslaging: Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, artikel 6

        Gedrag bij stemming en beraadslaging: Burgerlijk Wetboek, artikel 1596

        een lokale mandataris bij contacten met de burger het algemeen belang vooropstelt en niet de schijn wekt dat door politieke tussenkomst particuliere belangen (kunnen) begunstigd worden (cliëntelisme).

  1. Een lokale mandataris vervult de rol van aanspreekpunt en informatiebemiddelaar voor de burger steeds op neutrale basis, zonder persoonlijke bevoordeling van een of meerdere burgers in een dossier dan wel het wekken van de schijn daarvan.
  2. Ter voorkoming van overschrijding van de onder 1.1 en 1.2 beschreven normen, engageren alle mandatarissen zich tot het aanleveren, en up-to-date houden van de volgende gegevens bij de algemeen directeur:

        een lijst van alle betaalde en onbetaalde mandaten en bestuurlijke nevenfuncties

        een lijst waarin zijn opgenomen: de substantiële financiële belangen (bijvoorbeeld aandelen of opties) in een onderneming waarmee de gemeente zaken doet of waarin de gemeente een belang heeft.

De aangelegde lijsten zijn op aanvraag door de lokale mandatarissen in te kijken bij de algemeen directeur.

  1. Ter voorkoming van overschrijding van de norm beschreven onder punt 3. zorgt de algemeen directeur ervoor dat dossierbehandelende personeelsleden alle tussenkomsten opnemen in het desbetreffende administratieve dossier. Louter informatieve vragen of vragen/tussenkomsten van uitvoerende mandatarissen in het kader van hun functionele en hiërarchische relaties met de behandelende personeelsleden of diensten, vallen daarbuiten.

 

TEGENGAAN VAN ONEIGENLIJKE BEÏNVLOEDING EN DE SCHIJN ERVAN

 

Artikel 2

  1. Een lokale mandataris mag zijn invloed en stem niet laten kopen of beïnvloeden door, noch aanbieden voor geld, goederen, diensten of andere gunsten die hem gegeven of beloofd werden.

        Regelgeving inzake corruptie: Strafwetboek, artikel 245

  1. Een lokale mandataris moet actief en uit zichzelf de schijn van beïnvloeding en partijdigheid tegengaan. De mandataris doet dit door:

        geen geschenken, diensten of andere voordelen te aanvaarden, behalve diegene die van een geringe geldwaarde zijn (zoals een bloemetje) en waarbij het beeld van beïnvloeding minimaal is;

        niet in te gaan op uitnodigingen betaald door anderen, behalve als deze direct relevant zijn voor de goede invulling van het ambt, functioneel zijn opgezet en van (relatief) beperkte waarde zijn. Bovendien houdt de mandataris rekening met de timing en context waarbinnen de uitnodiging wordt gedaan, met het doel de schijn van beïnvloeding te minimaliseren.

  1. Het geven van geschenken aan, dan wel het uitnodigen van derden gebeurt nooit in eigen naam, maar altijd in naam van het lokaal bestuur. Daarbij zal men er steeds waakzaam voor zijn alle vormen van partijdigheid, bevoordeling en/of uitsluiting te vermijden.
  2. Ter bevordering van de transparantie en het voorkomen van enige schijn van beïnvloeding spreken de mandatarissen onderling af dat:

        geschenken met een meer dan geringe geldwaarde die toch bij een mandataris in het bezit komen, worden gemeld aan de algemeen directeur. De mandataris meldt het hoe dan ook wanneer een geschenk op het thuisadres wordt afgeleverd. De algemeen directeur registreert de giften en geeft ze in alle transparantie een bestemming binnen het lokaal bestuur. Buitensporige geschenken worden alsnog teruggestuurd.

        uitnodigingen die bestemd zijn voor de gehele gemeenteraad, door de gemeenteraad worden beoordeeld. Het is de raad als geheel die de uitnodiging accepteert dan wel afwijst.

 

VERANTWOORD GEBRUIK VAN FACILITEITEN EN MIDDELEN VAN HET LOKAAL BESTUUR

 

Artikel 3

  1. Een lokale mandataris gebruikt de voorzieningen en eigendommen van het lokaal bestuur niet voor privédoeleinden.
  2. Lokale mandatarissen gaan verantwoord en op een sobere wijze om met de publieke middelen en vergoedingen die tot hun beschikking staan.
  3. Lokale mandatarissen die gebruik maken van de onkostenvergoedingen leggen hier op een transparante wijze en volgens de afgesproken procedure verantwoording over af.

        Terugbetaling en verantwoording kosten: Besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris, artikel 35

        Bepaling van en procedure voor terugbetaling specifieke kosten (huishoudelijk reglement): Decreet Lokaal Bestuur, artikel 38

  1. De algemeen directeur rapporteert jaarlijks over de gedeclareerde onkostenvergoedingen aan de gemeenteraad.

 

ZORGVULDIGE OMGANG MET INFORMATIE

 

Artikel 4

De lokale mandataris bewaakt het geheime karakter en de vertrouwelijkheid van informatie. Dit betekent dat de mandataris:

        het beroepsgeheim eerbiedigt wanneer hij kennisneemt van geheime informatie;

        Beroepsgeheim: Strafwetboek, artikel 458

        zich gebonden weet door de geheimhoudingsplicht voor de feiten, meningen en overwegingen gedeeld tijdens een besloten vergadering.

        Geheimhoudingsplicht: Decreet Lokaal Bestuur, artikel 29, §4

        Openbaarheid van de vergadering: Decreet Lokaal Bestuur, artikel 28

        Vertrouwelijkheid van informatie: Wet van 27 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, artikel 10, §2

        Gegevensbescherming: Algemene Verordening Gegevensbescherming van 27 april 2016

Een uitzondering kan worden gemaakt wanneer de wet de openbaarheid voorschrijft.

        Toegang tot bestuursdocumenten: Bestuursdecreet, art. II.26 e.v.

 

Lokale mandatarissen gaan discreet en voorzichtig om met de informatie waartoe zij toegang hebben. Dit houdt onder andere in dat de mandataris:

        over (nog) niet openbare informatie niet communiceert;

        feiten en omstandigheden ten aanzien van derden in de juiste context plaatst.

 

Lokale mandatarissen gebruiken de informatie waartoe zij toegang hebben vanuit hun ambt nooit voor het eigen belang of voor het persoonlijke of zakelijke belang van derden.

 

Lokale mandatarissen zijn open en eerlijk over de redenen en inzichten op basis waarvan zij hun stem uitbrengen.

 

RESPECTVOLLE OMGANG MET ANDEREN

 

Artikel 5

  1. Lokale mandatarissen gaan op respectvolle wijze om met elkaar, de algemeen directeur en andere personeelsleden, evenals met de burgers, in woord, gebaar en geschrift.
  2. Lokale mandatarissen zaaien geen twijfel over elkaars integriteit. Zij erkennen en bevestigen elkaar actief in hun streven naar het dienen van het algemeen belang vanuit hun ambt, rol en politieke kleur.
  3. Lokale mandatarissen onthouden zich in het openbaar, dus ook in openbare raads- en commissievergaderingen, van negatieve uitlatingen over individuele personeelsleden.
  4. Een lokale mandataris staat op dezelfde gewetensvolle manier ten dienste van alle burgers, zonder onderscheid van geslacht, geaardheid, huidskleur, afstamming, sociale stand, nationaliteit, filosofische en/of religieuze overtuiging, ideologische voorkeur of persoonlijke gevoelens.
  5. Bij onenigheid in de onderlinge omgang of de gang van zaken tijdens of buiten vergaderingen gaan mandatarissen, mogelijk onder begeleiding, in eerste instantie het gesprek aan met elkaar.

 

NALEVING EN HANDHAVING

 

HET VOORKOMEN VAN MOGELIJKE SCHENDINGEN

 

Artikel 6

Wanneer een lokale mandataris twijfelt of een eigen handeling een overtreding van de code zou kunnen zijn, moet dit bespreekbaar gemaakt kunnen worden. Dit kan zijn binnen de eigen fractie, met een collega-mandataris, met de algemeen directeur of eventueel met een externe deskundige, zoals een medewerker van de VVSG.

 

Artikel 7

Wanneer een lokale mandataris twijfelt over een nog niet uitgevoerde handeling van een andere lokale mandataris, dan waarschuwt hij die persoon, mogelijk met het advies om informatie in te winnen bij de algemeen directeur.

 

HET SIGNALEREN VAN VERMOEDENS VAN SCHENDINGEN VAN DE DEONTOLOGISCHE CODE

 

Artikel 8

Wanneer een lokale mandataris eraan twijfelt of een regel van de deontologische code is overtreden door een andere lokale mandataris, dan kaart de mandataris dit bij voorkeur aan bij de mandataris in kwestie. Indien er goede redenen zijn om dit niet te doen, dan zal de mandataris de kwestie voorleggen aan de algemeen directeur.

 

Al dan niet na een gesprek met de algemeen directeur, kan de mandataris overgaan tot een formele melding bij de voorzitter van de deontologische commissie. Vanaf dit moment start het formele handhavingsproces onder mandaat van de deontologische commissie.

 

Artikel 9

De volgende personen kunnen een melding van een schending van de deontologische code doen bij de deontologische commissie:

        alle lokale mandatarissen van het lokaal bestuur;

        de algemeen directeur, indien de algemeen directeur zelf een vermoeden van een schending heeft, dan wel in naam van een personeelslid van het lokaal bestuur.

 

HET DUIDEN EN ONDERZOEKEN VAN VERMOEDENS VAN SCHENDINGEN VAN DE DEONTOLOGISCHE CODE

 

Artikel 10

De gemeenteraad richt een deontologische commissie op voor de gemeenteraad.

 

Het doel van de deontologische commissie is eerst en vooral het bevorderen van het zelfcorrigerend vermogen van het lokaal bestuur.

 

In de deontologische code worden de volgende zaken vastgelegd over de deontologische commissie:

 

a. samenstelling

b. bevoegdheid

c. werking

 

Samenstelling

Het aantal leden van de deontologische commissie bedraagt 1 per fractie en evenveel als het aantal fracties in de gemeenteraad, aangevuld met de voorzitter van de gemeenteraad die toegevoegd wordt als voorzitter van de deontologische commissie. Onafhankelijke raadsleden vormen geen fractie en zijn niet vertegenwoordigd in de deontologische commissie.

 

Bij aanmelding vanmeer dan één fractielid beslist de raad welk fractielid zal zetelen in de deontologische commissie.

 

Iedere fractie draagt één of meer plaatsvervangers voor, in geval een lid van de commissie afwezig is of betrokken is bij een voorliggende zaak.

        Gaat het om een mogelijke schending van de code door een lid van de commissie, dan wordt tijdens de hele procedure daarover het lid vervangen door een plaatsvervanger in de volgorde waarin ze door de fractie werden voorgedragen.

        Gaat het om een mogelijke schending van de code door de voorzitter van de commissie, dan wordt tijdens de hele procedure daarover de voorzitter vervangen conform de procedure beschreven in art. 7, § 5, derde lid van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

De leden van de deontologische commissie zijn lokale mandatarissen uit het eigen lokaal bestuur. Alleen in het geval van een eenmansfractie kan deze fractie overgaan tot het selecteren van een mandataris van een andere fractie dan wel een niet-raadslid.

 

Elke fractie wijst het mandaat in de commissie toe met een voordracht gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad.

        De deontologische commissie kan externe expertise inroepen wanneer dit nodig wordt geacht. De inschatting of dit nodig is wordt bij de algemeen directeur gelegd, die hierin zelfstandig kan handelen.

        De algemeen directeur vervult de rol van secretaris in de deontologische commissie en voert onder mandaat van de commissie de ontvankelijkheidstoets en het vooronderzoek uit, mogelijk ondersteund door interne en/of externe specialisten.

        Wanneer de algemeen directeur zelf betrokken is bij een melding, dan wel om legitieme redenen geen rol kan spelen in het proces, zal deze worden vervangen door het daartoe aangewezen personeelslid. Het vooronderzoek kan indien noodzakelijk ook extern worden gevoerd.

 

Bevoegdheid

        Het geven van adviezen en aanbevelingen aan de raad over de inhoud van deze code met het oog op het bijsturen ervan of op de toepassing van de code op een voorliggend vraagstuk.

        Het opmaken van een jaarlijks verslag ter voorbereiding op de evaluatie van de deontologische code door de gemeenteraad (zie art. 18).

        Het ontplooien van initiatieven en opleidingen ter sensibilisering op thema’s rondom integriteit, deontologie en de deontologische code.

        Het zelf uitvoeren, dan wel mandateren, van de voorgeschreven stappen in het proces, van melding tot en met afronding van een melding van een vermoeden van schending van de code.

        Het formuleren van een gemotiveerd advies aan de raad over het vermoeden van een schending van deze code door een mandataris.

 

Werking (huishoudelijk reglement)

        De commissie vergadert minstens één keer per jaar.

        De voorzitter van de deontologische commissie is verantwoordelijk voor de oproeping en stelt de agenda op.

        De voorzitter roept de commissie in ieder geval bijeen wanneer dat nodig is conform art. 14 van deze code. De voorzitter is daarenboven gehouden de deontologische commissie bijeen te roepen op aanvraag van minstens een derde van haar leden.

        De oproepingen vermelden in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering en worden tenminste 8 dagen voor de vergadering aan de leden bezorgd. In geval van hoogdringendheid, te beoordelen door de voorzitter, wordt de bijeenroeping tenminste 3 dagen voor de vergadering bezorgd. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn. Voor elk agendapunt wordt het dossier dat erop betrekking heeft, ter beschikking gesteld van de leden van de commissie vanaf de verzending van de agenda.

        De bezorging van de oproeping, de agenda en de dossier gebeurt op dezelfde wijze als dat gebeurt in de raad, met als verschil dat enkel de leden van de deontologische commissie deze oproep, agenda en dossiers ontvangen.

        De deontologische commissie kan enkel beraadslagen of beslissen als de meerderheid van de zittinghebbende leden van de deontologische commissie aanwezig is. Indien een kwartier na het vastgestelde uur niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, stelt de voorzitter vast dat de vergadering niet kan doorgaan.

        De deontologische commissie kan echter, als hij eenmaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden aanwezig is, na een tweede oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, op geldige wijze beraadslagen en beslissen over de onderwerpen die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.

        In de oproep wordt vermeld dat het om een tweede oproeping gaat. In de tweede oproeping worden de bepalingen van artikel 26 van het decreet over het lokaal bestuur overgenomen.

        De leden van de deontologische commissie werken volgens volgende principes:

        De handhaving is onpartijdig.

        Men is terughoudend met publiciteit.

        Men gaat zorgvuldig om met de vermeende schender.

        De commissie streeft naar unanimiteit in haar oordeel. Als dit niet mogelijk blijkt, zal er hoofdelijk worden gestemd. Een simpele meerderheid volstaat dan

        De voorzitter van de commissie heeft geen stemrecht in de deontologische commissie, behalve wanneer de commissie gelijk verdeeld is in haar oordeel. Dan heeft de voorzitter de doorslaggevende stem.

        De vergaderingen van de deontologische commissie zijn niet openbaar.

        Eventuele communicatie vanuit de deontologische commissie vindt altijd en alleen plaats via de voorzitter van de commissie.

 

Artikel 11

De deontologische commissie mandateert de algemeen directeur om een ontvankelijkheidstoets uit te voeren. De algemeen directeur kan daarin bijgestaan worden door interne en/of externe experten.

 

Om de ontvankelijkheid te onderzoeken zal altijd een gesprek plaatsvinden met de melder. Een melding is ontvankelijk wanneer aan alle volgende voorwaarden is voldaan:

        de melding betreft een individuele (zittende) lokale mandataris;

        het staat vast dat het gaat om een vermoedelijke schending van de deontologische code (en niet bijvoorbeeld om een schending binnen de privésfeer);

        de melding is voldoende betrouwbaar en concreet (er wordt gekeken naar de kwaliteit van de bron(nen) en de feitelijkheid van de melding);

        de melding is in alle redelijkheid onderzoekbaar en heeft onderzoek nodig (niet alle vermoedens zijn onderzoekbaar of vragen om onderzoek - denk aan een schending van art. 5 (interpersoonlijke schendingen), waarbij geen getuigen van het voorval aanwezig zijn).

 

Iedere melding wordt vertrouwelijk behandeld. In deze fase is de naam van de melder en degene over wie de melding gaat slechts bekend bij de leden van de deontologische commissie en bij de eventueel door de algemeen directeur aangestelde experten.

 

Artikel 12

De algemeen directeur formuleert een ontvankelijkheidsadvies en stuurt dit, inclusief de onderliggende stukken die deel uitmaken van het advies, aan de leden van de commissie ter beoordeling. Indien de leden van de deontologische commissie niet binnen de vijf werkdagen bezwaar maken op het advies, dan wordt het advies over de ontvankelijkheid formeel omgezet in een beslissing van de deontologische commissie, als uiteindelijk verantwoordelijke voor de beslissing. Indien één lid bezwaar aantekent tegen het advies van de algemeen directeur, zal de deontologische commissie bijeenkomen voor de bespreking en beoordeling van het advies.

 

Wanneer het advies luidt dat een melding ontvankelijk is, neemt de algemeen directeur de onderzoeksvraag op in het advies aan de deontologische commissie.

 

Wanneer een melding niet-ontvankelijk is, betekent dit meteen het einde van de formele procedure. De melder wordt hierover schriftelijk geïnformeerd door de algemeen directeur, in naam van de deontologische commissie.

 

Een melder kan een melding ook zelf intrekken. Wanneer het om een interpersoonlijke schending gaat, betekent dit in principe het einde van de formele procedure. Bij een schending van de andere gedragsregels (bijvoorbeeld belangenvermenging) zal de formele procedure door blijven lopen. De melding is in dit geval niet gebonden aan degene die de melding doet.

 

Artikel 13

Bij een ontvankelijke melding start de algemeen directeur, onder mandaat van de commissie, een vooronderzoek. De algemeen directeur kan zich hierbij door interne en/of externe experten laten bijstaan.

 

De vermeende schender wordt schriftelijk op de hoogte gesteld van het vooronderzoek door de algemeen directeur, behalve wanneer de commissie acht dat dit het vooronderzoek kan schaden. De vermeende schender wordt erop gewezen dat deze zich tijdens het proces mag laten bijstaan door een raadspersoon naar keuze.

 

De commissie bepaalt waaruit het vooronderzoek zal bestaan. Het vooronderzoek bestaat in ieder geval uit:

        het in kaart brengen van de feitelijke situatie waarop de melding van toepassing is;

        het nagaan van de beschikbaarheid van relevante (administratieve en feitelijke) informatie;

        het nagaan van de relevante regelgeving;

        een gesprek met de vermeende schender, behalve wanneer dit het vooronderzoek kan schaden.

 

Artikel 14

De algemeen directeur brengt schriftelijk advies uit aan de deontologische commissie op basis van het vooronderzoek.

 

Het conceptadvies wordt eerst ter lezing voorgelegd aan de voorzitter van de commissie. Vervolgens wordt het concept ter inzage voorgelegd aan de vermeende schender, zodat deze de kans heeft schriftelijke opmerkingen te formuleren bij het conceptadvies. Deze opmerkingen worden als bijlage toegevoegd aan het schriftelijk advies aan de commissie.

 

Het advies van de algemeen directeur, waarover de deontologische commissie beraadslaagt, beslaat in principe vijf mogelijke scenario’s waarop de commissie zich zal richten:

  1. Er zijn geen gronden gevonden voor een verder onderzoek of oordeel, of de melding betreft een dusdanige milde vorm van een schending dat ze afgedaan kan worden met het individueel aanspreken van de vermeende schender.
  2. De vermeende schender heeft de schending erkend, zodat verder onderzoek door de commissie niet nodig is. De commissie wordt geadviseerd het dossier formeel af te sluiten en te komen tot een inschatting van de ernst van de schending.
  3. Er zijn voldoende gronden om te spreken van een deontologische schending. De deontologische commissie wordt geadviseerd om tot een eigen toetsing van de schending te komen en een inschatting te maken van de ernst.
  4. Er zijn voldoende gronden om te spreken van een deontologische schending. Er is echter nood aan verder onderzoek. De commissie wordt geadviseerd over de onderzoeksvraag, wie het onderzoek zou moeten opstarten/uitvoeren (de Vlaamse Regering/de provinciegouverneur, Audit Vlaanderen, een integriteitsspecialist, …) en wat de termijnen zijn.
  5. Er is een gegrond vermoeden van een strafrechtelijk vervolgbaar feit. De deontologische commissie wordt geadviseerd een zelfstandige beslissing te nemen om de melding neer te leggen bij de politie/het parket.

 

Artikel 15

De deontologische commissie oordeelt op basis van het advies van de algemeen directeur over de te nemen vervolgstappen.

 

De melder en de vermeende schender hebben het recht om in deze fase te worden gehoord door de deontologische commissie. Voor beiden geldt dat zij zich in deze kunnen laten bijstaan door een raadspersoon. Geen van de partijen is verplicht zich te laten horen. Dit wordt genotuleerd in het verslag van de deontologische commissie aan de gemeenteraad.

 

De commissie kan in het kader van het vooronderzoek ook getuigen horen.

 

Na het bestuderen van het advies van de algemeen directeur en het horen van de betrokkenen bespreekt de commissie het vermoeden van schending en wordt een gemotiveerd advies overgemaakt aan de gemeenteraad.

 

De wijze van communiceren vanuit de gemeenteraad over de voorliggende zaak is onderdeel van het advies van de deontologische commissie.

 

Indien de deontologische commissie een schending heeft vastgesteld – omdat de schender deze heeft toegegeven of omdat ze uit het onderzoek is gebleken – dan neemt ze in haar advies ook de meest passende, proportionele vorm van afhandeling op, inclusief een beschrijving van de verzwarende en verzachtende omstandigheden bij het voorstel van afhandeling.

 

Er wordt een uitzondering gemaakt op deze regel wanneer:

        er eerst een vervolgonderzoek nodig wordt geacht. Dit vraagt om beoordeling van de rapportage op het vervolgonderzoek.

        er melding wordt gedaan bij de Vlaamse Regering/Audit Vlaanderen, dan wel wanneer er een politionele aangifte is gedaan. In dit geval informeert de commissie de gemeenteraad over de genomen stap.

 

De commissie streeft in haar oordeel naar unanimiteit. Een simpele meerderheid van uitgebrachte stemmen volstaat om tot een oordeel te komen. Indien er evenveel stemmen voor als tegen een oordeel zijn, dan heeft de voorzitter de doorslaggevende stem.

 

Een lid van de commissie kan ervoor kiezen een afwijkend standpunt op te tekenen en, met het advies aan de gemeenteraad, mee te sturen.

 

HET ZICH UITSPREKEN OVER SCHENDINGEN VAN DE DEONTOLOGISCHE CODE

 

Artikel 16

De gemeenteraad beoordeelt of een mandataris een schending heeft begaan. Hij doet dit op basis van het gemotiveerd advies van de deontologische commissie.

 

Als de raad beslist om af te wijken van het advies, dan moet de vermeende schender de kans krijgen om zich tijdens de besloten zitting van de gemeenteraad uit te spreken over de beslissing.

 

Wanneer de gemeenteraad vaststelt dat de deontologische code geschonden werd door een mandataris van de gemeente, dan kan de raad:

        het gedrag van de mandataris uitdrukkelijk afkeuren;

        vragen dat de mandataris zich publiekelijk verontschuldigt;

        een dossier overmaken aan de Vlaamse regering zodat die een tuchtonderzoek kan instellen bij kennelijk wangedrag of grove nalatigheid van of door de burgemeester, een schepen, de raadsvoorzitter of de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst.

 

Artikel 17

Via de gemeenteraadsvoorzitter en de burgemeester communiceert de gemeenteraad over haar oordeel en (indien mogelijk) de gronden daarvan. De deontologische commissie adviseert de gemeenteraad voor haar communicatie.

 

HET EVALUEREN VAN DE DEONTOLOGISCHE CODE

 

Artikel 18

Minimaal één keer per bestuursperiode evalueert de raad de deontologische code. De raad vraagt daarvoor eerst advies aan de deontologische commissie. Daarbij wordt onder meer bekeken of de code nog actueel is, of ze nog goed werkt en of ze nageleefd wordt.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Punt bijlagen/links Deontologische code mandatarissen.pdf Download
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.6. Politie - Aanvullend verkeersreglement - tonnagebeperking traject K. Albertlaan-Panoramalaan - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

De wet op de politie van het wegverkeer.

 

Het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer.

 

Het ministerieel besluit waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.

 

Het besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 december 2002 tot aanwijzing van de overtredingen waarvan de vaststelling gesteund op materiële bewijsmiddelen die door onbemande automatisch werkende toestellen worden opgeleverd, bewijskracht heeft zolang het tegendeel niet bewezen is, wat betreft de controle van de inbreuken op het onderbord bij het verkeersbord C23.

 

Het gemeentelijk aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer, aangenomen door de gemeenteraad van Bierbeek in zitting van 05/02/1982 en goedgekeurd op 05/05/1982.

 

De uitbreiding van het aanvullend verkeersreglement op de politie van het wegverkeer van 05/02/1982 waarbij de beperking van lengtemaat werd aangepast naar een tonnagebeperking 3,5 ton in de Koning Albertlaan – Panoramalaan, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 02/02/2012.

 

De uitbreiding van het aanvullend verkeersreglement op de politie van het wegverkeer van 05/02/1982 waarbij de uitbreiding zone 30 Korbeek-Lo Noord - tonnagebeperking 3,5 ton, uitgezonderd plaatselijk verkeer en beperkt parkeren + 3,5 ton, goedgekeurd werd door de gemeenteraad in zitting van 07/03/2013.

 

De uitbreiding van het aanvullend verkeersreglement op de politie van het wegverkeer van 05/02/1982 waarbij de tonnagebeperking 3,5 ton in het traject Koning Albertlaan - Panoramalaan, goedgekeurd werd door de gemeenteraad in zitting van 25/04/2024.

 

De uitbreiding van het aanvullend verkeersreglement op de politie van het wegverkeer van 05/02/1982 waarbij de tonnagebeperking 3,5 ton in het traject Koning Albertlaan - Panoramalaan, op basis van de maximaal toelaatbare massa (MTM) en met voorsignalisatie goedgekeurd werd door de gemeenteraad in zitting van 07/11/2024.

 

Feiten en context

De goedkeuring van het geactualiseerde mobiliteitsplan van de gemeente Bierbeek door de gemeenteraad in zitting van 31/03/2022.

 

De installatie van onbemande ANPR-camera's op het traject Koning Albertlaan - Panoramalaan, ter hoogte van Koning Albertlaan 71 en Panoramlaan 1, tussen dewelke onder meer doorgaand zwaar verkeer van + 3,5 ton zal geregistreerd worden.

 

Argumentatie

Het is noodzakelijk om onder meer de aanwezigheid van doorgaand zwaar verkeer te handhaven. Dat kan  systematisch en continu door middel van ANPR-technologie waarbij de vaststelling steunt op materiële bewijsmiddelen die door onbemande automatisch werkende toestellen worden opgeleverd.

 

Het is noodzakelijk om de bestaande signalisatie met betrekking tot tonnagebeperking aan te passen zodat het mogelijk wordt om zwaar verkeer te handhaven op basis van de maximaal toegelaten massa (MTM) in plaats van de effectieve massa van motorvoertuigen en slepen.

 

Als voorsignalisatie worden verkeersborden C23 geplaatst op plaatsen waar de weggebruiker nog een alternatieve reisweg kan kiezen. Indien er op de plaats waar de voornoemde verkeersborden de toegang voor de betrokken voertuigen verbieden, geen andere reisweg meer mogelijk is, dan moet er een gelijkaardig verkeersbord, voorzien van een onderbord waarop de afstand tot het eigenlijke verbodsteken is vermeld, op de plaats waar er wel nog een andere reisweg mogelijk is, worden geplaatst.

 

Wanneer men van de Tiensesteenweg N3 komt heeft men nog de mogelijkheid om via de Nieuwstraat en/of Pimberg zijn weg verder te zetten.

 

Het niet op alle vereiste locaties aanbrengen van signalisatie op basis van het verkeersbord C23 leidt tot een dubbelzinnige boodschap, waardoor de ingestelde verkeersmaatregel niet handhaafbaar is.

 

Voor wie vanuit Brunerodeplein/Panoramalaan de Panoramalaan oprijdt moet het duidelijk zijn dat in het traject Panoramalaan - Koning Albertlaan de toegang verboden is voor bestuurders van motorvoertuigen en slepen ontworpen en gebouwd voor het vervoer van goederen, waarvan de maximale toegelaten massa hoger is dan het aangeduide (3,5 ton), uitgezonderd het plaatselijk verkeer.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

16 stemmen voor: Veerle Scheire (CD&V), Johan Vanhulst (CD&V), Cil Cuypers (Vooruit), Sandra Noé (Open Bierbeek), Matthias Multani (CD&V), Stefaan Van Haegenborgh (CD&V), Mia Ombelet (CD&V), Tie Vanbeselaere (Vooruit), Frederik De Buck (Groen), Hans-Kristof Carême (Open Bierbeek), Ludo Aerts (CD&V), Hilde Van der Putten (Groen), Monda Wuytack (CD&V), Maarten Van Schoonbeek (Open Bierbeek), Claudia Van Passel (CD&V) en Joyce Meulemans (CD&V).
4 stemmen tegen: Marijke Sterckx (N-VA), Peter Vandenbalck (N-VA), Luc De Vos (N-VA) en Nico Frederix (N-VA).
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

Tot de volgende wegen is de toegang verboden voor bestuurders van motorvoertuigen en slepen ontworpen en gebouwd voor het vervoer van goederen, waarvan de maximale toegelaten massa hoger is dan het aangeduide (3,5 ton), uitgezonderd het plaatselijk verkeer.

 

Deze maatregel wordt ter kennis gebracht door verkeersborden C23, aangevuld met:

  1. het onderbord van type VIIa dat het verbod beperkt tot de bestuurders van voertuigen waarvan de maximale toegelaten massa toestand hoger is dan het aangeduide "3,5 ton";
  2. het onderbord van type IV met de vermelding "Uitgezonderd plaatselijk verkeer"

op de volgende locaties:

 

Rijrichting N3

        Ter hoogte van de Panoramalaan - kruispunt Lange Lostraat;

        Ter hoogte van de Koning Albertlaan - kruispunt Panoramalaan;

        Ter hoogte van de Panoramalaan - kruispunt Panoramalaan, aan huisnummer 23

        Ter hoogte van de Koning Albertlaan - kruispunt Sterrenlaan;

 

Rijrichjting N2

        Ter hoogte van de Koning Albertlaan - rondpunt Pimberg-Nieuwstraat;

        Ter hoogte van de Koning Albertlaan - kruispunt Sterrenlaan;

        Ter hoogte van de Panoramalaan - kruispunt Koning Albertlaan;

 

Voorsignalisatie:

De verkeersborden C23 moeten worden geplaatst op plaatsen waar de weggebruiker nog een alternatieve reisweg kan kiezen. Indien er op de plaats waar de voornoemde verkeersborden de toegang voor de betrokken voertuigen verbieden, geen andere reisweg meer mogelijk is, dan moet er een gelijkaardig verkeersbord, voorzien van een onderbord waarop de afstand tot het eigenlijke verbodsteken is vermeld, op de plaats waar er wel nog een andere reisweg mogelijk is, worden geplaatst.

 

        Kruispunt Heidebergstraat – Lostraat: C23 + onderborden: "3,5 ton" + "uitgezonderd plaatselijk verkeer" + "360 m".

 

Artikel 2:

Het aanvullend verkeersreglement van 07/11/2024 waarbij een tonnagebeperking van 3,5 ton werd ingesteld in het traject Koning Albertlaan – Panoramalaan, wordt opgeheven.

 

Artikel 3:

Dit reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Punt bijlagen/links Aanvullend verkeersreglement - tonnagebeperking traject K. Albertlaan-Panoramalaan - goedkeurin.pdf Download
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.8. Milieu - Reglement voor hondenlosloopweides Bierbeek - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

De beleidsverklaring Bierbeek 2025 - 2030, goedgekeurd door de gemeenteraad op 27 februari 2025.

 

Argumentatie

Er is een maatschappelijke vraag naar het aanleggen van een hondenlosloopweide. De recente aanleg van de woonwijk Mevrouwkensveld heeft deze wens nog concreter gemaakt.

 

Het gebruikersreglement wordt ter hoogte van een hondenlosloopweide kenbaar gemaakt aan de buurtbewoners.

 

Het reglement wordt voorzien voor de in 2025 aangelegde weide in de wijk Mevrouwkensveld en alle toekomstige hondenlosloopweides in Bierbeek.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Enig artikel:

De gemeenteraad keurt volgend reglement voor gemeentelijke hondenlosloopweides goed:

 

 

REGLEMENT VOOR GEMEENTELIJKE HONDENLOSLOOPWEIDES

 

Artikel 1 :

Dit reglement bepaalt de gebruiksvoorwaarden voor gemeentelijke hondenlosloopweides (hierna 'weide(s)') op het grondgebied van de gemeente Bierbeek. Wie van een weide gebruik maakt, erkent de voorwaarden van dit reglement.

 

Artikel 2 :

De toegang tot de weide moet na het betreden en bij het verlaten steeds gesloten worden.

 

Artikel 3 :

Honden mogen pas op de weide afgelijnd worden en moeten vóór het verlaten ervan weer aangelijnd worden.

 

Artikel 4:

Honden moeten op de weide een halsband of harnas dragen, zodat ze indien nodig gemakkelijk aangelijnd kunnen worden.

 

Artikel 5 :

Agressieve of bijtende honden, loopse honden, besmettelijke of gekwetste honden en honden met vlooien of met andere parasieten zijn niet toegelaten op de weide.

 

Artikel 6 :

Begeleiders zijn verantwoordelijk en aansprakelijk voor de honden onder hun begeleiding en voor de schade die zij aanrichten aan de infrastructuur, aan derden of aan andere honden.

 

Artikel 7:

Bij ongewenst gedrag van hun hond, zoals aanhoudend geblaf, agressie of bijtgedrag of op verzoek van politie of gemachtigd ambtenaren, moeten begeleiders hun hond meteen van de weide verwijderen.

 

Artikel 8 :

Honden mogen niet zonder begeleiding in de weide gelaten worden.

 

Artikel 9 :

De gebruikers van de hondenlosloopweide moeten met elkaar rekening houden. In het bijzonder moeten zij omzichtig omgaan met meegebrachte speeltuigen (ballen, stokken, …) en met het voederen/belonen van honden.

 

Artikel 10 :

Aan de infrastructuur, de flora en de bodem van de weide mag niets gewijzigd worden. De begeleiders moeten onder meer en met name vermijden dat hun hond op het terrein putten graaft.

 

Artikel 11 :

Begeleiders moeten uitwerpselen van hun hond onmiddellijk opruimen en in een vuilnisbak deponeren.

 

Artikel 12 :

De weide is open van 7.00 tot 22.00 uur, maar kan door het gemeentebestuur te allen tijde worden afgesloten in functie van weersomstandigheden of voor andere dringende redenen.

 

Artikel 13 :

Schade aan het terrein, het meubilair of de omheining moet via milieu@bierbeek.be worden gemeld.

 

Artikel 14 :

Het gemeentebestuur is verantwoordelijk noch aansprakelijk voor eventuele schade aan derden of voor problemen op of rond de weide, waarvan de hond de oorzaak is.

 

Artikel 15 :

De naleving van dit reglement wordt door een gemachtigd ambtenaar van de gemeente Bierbeek of door de politie opgevolgd en gehandhaafd.

 

Artikel 16 :

Mogelijke geschillen betreffende de toepassing van dit reglement worden door het college van burgemeester en schepenen van Bierbeek behandeld.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Punt bijlagen/links Reglement hondenlosloopweides.pdf Download
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.9. Milieu - Statuten gemeentelijke milieuadviesraad - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Het decreet lokaal bestuur, inzonderheid artikel 304.

 

Feiten en context

Een milieuadviesraad buigt zich over en verstrekt adviezen aan de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen en dit op eigen initiatief evenals op verzoek van de gemeenteraad of het college van burgemeester en schepenen.

 

Argumentatie

Een milieuadviesraad zorgt voor overleg en samenwerking en kan beschouwd worden als een adviserende actor bij het creëren van een duurzaam milieubeleid.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Enig artikel:

De gemeenteraad keurt de volgende statuten van de gemeentelijke milieuadviesraad goed:

 

 

Statuten van de Gemeentelijke Milieuadviesraad

 

 

Artikel 1. Oprichting/Duur/Zetel/Missie

 

§1.  De gemeentelijke adviesraad voor milieu, natuur, duurzaamheid en klimaat, wordt opgericht voor onbepaalde duur en wordt kortweg MAR genoemd.

 

§2. De MAR heeft zijn zetel in het gemeentehuis, Speelpleinstraat 8, 3360 Bierbeek.

 

§3. De MAR stelt zich als doel om kwesties op het vlak van milieu, natuur en klimaat op de agenda van de gemeentelijke besluitvorming te plaatsen.

 

Art. 2. Bevoegdheden en opdracht

 

De MAR buigt zich over vraagstukken met betrekking tot leefmilieu, natuur en klimaat – met inbegrip van milieuhinder en milieuverontreiniging en toezicht op de uitvoering van het klimaatactieplan– zowel op gemeentelijk als op bovenlokaal niveau - en verstrekt schriftelijke adviezen aan degemeenteraad of hetcollege van burgemeester en schepenen,zowel op eigen initiatief als op verzoek van de gemeenteraad of het college van burgemeester en schepenen.

 

In een advies wordt melding gemaakt van:

        de wijze waarop het advies tot stand kwam

        de argumenten die tot het advies hebben geleid

        het uiteindelijk standpunt met vermelding van gemotiveerde minderheidsstandpunten van stemgerechtigde leden, op hun uitdrukkelijke vraag.

 

Deze adviesbevoegdheid omvat niet alleen het milieu-, natuur-, duurzaamheids- en klimaatbeleid in de strikte zin, doch ook beleidsinitiatieven en -beslissingen die een duidelijke impact hebben op de kwaliteit van het leefmilieu, zoals bijv. verkeer, ruimtelijke ordening, ruilverkaveling, waterbeleid, circulaire economie, klimaatadaptatie en -mitigatie. De MAR kan elk aspect met betrekking tot het voorkomen, het aanwijzen en het bestrijden van een probleem onderzoeken, bevragen en er een standpunt over innemen.

 

Art. 3. Samenstelling, lidmaatschap en functies

 

§1. De stemgerechtigde leden van de MAR mogen geen politiek mandaat bekleden.

 

De stemgerechtigdeleden zijn:

        maximum 21 leden en hoogstens 2/3 van deze stemgerechtigdeleden zijn van hetzelfde geslacht

          een afgevaardigde van een natuur- en milieuvereniging

          afgevaardigden die voorgedragen worden door milieu- en natuurverenigingen, jachtverenigingen, onderwijsinstellingen, socio-culturele en vormingsorganisaties, beroepsgroepen en -organisaties.

          geïnteresseerde individuele inwoners van de gemeente rekening houdend met de verdeling binnen de verschillende deelgemeentes en waarbij de voorkeur gegeven wordt aan ervaring/expertise, deskundigheid, inzet en positieve interesse.

 

De nietstemgerechtigde!eden zijn:

          deledenvanhetschepencollege (inz. bevoegdvoormilieu, duurzaamheid of klimaatbeleid)

          de milieuambtenaar of plaatsvervanger

          personen die deelnemen met raadgevende stem

          afgevaardigden van politieke partijen die zetelen in de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en/of in buitengemeentelijke politieke instellingen Elke fractie van de actuele gemeenteraad kan daartoe een mandaat geven aan een van zijn leden.

 

De voorzitterenondervoorzitterwordendoordestemgerechtigde!edengekozenuithunmidden.

 

Het secretariaat wordt waargenomen door de milieuambtenaar of zijn plaatsvervanger.

 

§2. De stemgerechtigde leden zijn inwoners van de gemeente of personen met aantoonbare band met de gemeente, die zich kandidaat hebben gesteld om deel uit te maken van de MAR. De lijst van de stemgerechtigde leden wordt ter kennisgeving aan de Gemeenteraad voorgelegd.

 

§3. Externe deskundigen kunnen door de MAR ad hoc uitgenodigd worden om informatie te verstrekken of om te helpen een advies te formuleren. Ze zijn niet stemgerechtigd.

 

§4. Bij het begin van de nieuwe legislatuur van het lokale bestuur wordt via de gemeentelijke informatiekanalen een oproep gedaan naar kandidaat-leden.

 

§5. Tijdens de legislatuur worden eventuele nieuwe leden door de MAR bij meerderheid aanvaard en ter kennisgeving voorgelegd aan de Gemeenteraad.

 

§6. De leden blijven in functie tot aan de installatie van de nieuwe MAR.

 

§7. Het lidmaatschap wordt beëindigd na vaststelling door de MAR:

        van ontslagname bij de voorzitter;

        van een onverenigbaarheid;

        van overlijden of rechtsonbekwaamheid

        voor drie opeenvolgende,niet-verontschuldigde, afwezigheden

        van het niet-naleven van de bepalingen van dit reglement, inzonderheid de discretieplicht.

 

Art. 4. Werking

 

§1. De MAR vergadert telkens enzovaak devoorzitter en secretaris hetnodig achten met minimum twee vergaderingenper jaar.

 

De voorzitter roept deraad samen. Hij is eveneens verplicht de MAR samen teroepen binnen de 15 dagen na het verzoek van een derde van de stemgerechtigde leden of in geval van hoogdringendheid.

 

De uitnodiging met agenda wordt aan de leden overgemaakt ten minste 15 dagen voor de vergadering zalplaatsvinden.

 

Het goedkeuren van het verslag van devorige vergadering is steeds het eerste agendapunt van de vergadering.

 

De gemeentelijk ambtenaar verantwoordelijk voor milieu of zijn plaatsvervanger wordtaangeduid als secretaris, in functie van een ontwerpverslag. Deze is ook verantwoordelijk voor het administratief werk van de MAR.

 

§2. Om geldig te vergaderen moet minimum een derde van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn.

 

De MAR streeft naar eensgezindheid. Indien er toch een stemming nodig is, kan dit alleen geldig gebeuren indien een meerderheid van de stemgerechtigde leden aanwezig is. Indien een beslissing wordt genomen na stemming, dan wordt met een meerderheid bedoeld: meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden.

 

Een minderheidsstandpunt zal op verzoek in het advies weergegeven worden. Bij staking van stemmen worden de beide standpunten gemotiveerd weergegeven.

 

Indien het aanwezigheidsquorum niet wordt bereikt, kan een tweede vergadering geldig over hetzelfde agendapunt beslissen, ongeacht het aantal aanwezige stemgerechtigde leden. De tweede vergadering wordt op de hierboven aangeduide wijze bijeengeroepen. De agenda vermeldt over welk punt een tweede stemming zal worden gevraagd.

 

Allebesluiten enadviezen worden gemotiveerd overgemaakt aan hetcollege van burgemeester en schepenen. Het college brengt de MAR binnen een redelijke termijn en voor de volgende vergadering, systematisch op de hoogte van het gevolg dat aan een advies werd of zal worden gegeven. Bijhet niet volgen van een advies wordt dit door het college gemotiveerd.

 

§3. De voorzitter roept de MAR bijeen, stelt in samenspraak met de bevoegde schepen de agenda op, bereidt de discussies voor en is verantwoordelijk voor de communicatie van de adviezen naar het college van burgemeester en schepenen.

 

De voorzitter leidt de vergaderingen. Bij afwezigheid van de voorzitter, leidt de ondervoorzitter de vergadering.

 

De penningmeester is verantwoordelijk voor de financiën van de MAR. De voorzitter onderhoudt ook de contacten met het lokaal bestuur en de andere Bierbeekse adviesraden.

 

§4. Wanneer het college van burgemeester en schepenen de MAR om een advies vraagt, zal het daarbij alle relevante informatie voegen. De leden hebben het recht om inzage te nemen/te krijgen van alle documenten en dossiers die betrekking hebben op het gevraagde advies, tenzij er wettelijke bezwaren zijn.

 

Het gemeentebestuur zal de MAR steeds een termijn geven van minimum 20 dagen na dagtekening van het dossier door de gemeentelijke administratie om een aangevraagd advies te verstrekken.

 

Wanneer de MAR op eigen initiatief een advies wenst uit te brengen, kan deze de benodigde informatie opvragen via het college van burgemeester en schepenen.

 

§5. De goedgekeurde verslagen van de vergaderingen worden aan het college van burgemeester en schepenen bezorgd en zijn door de bevolking te consulteren.

 

§6. Alle leden zijn onderworpen aan de discretieplicht. Dit betekent dat zij informatie die zij krachtens hun lidmaatschap verwerven geheim houden en niet mogen meedelen aan anderen dan aan diegenen die gerechtigd zijn om er kennis van te nemen. De discretieplicht geldt niet alleen tijdens de duur van hun lidmaatschap maar ook na het beëindigen ervan.

 

Art. 5. Samenwerking Gemeentelijke overheid

 

§1. De gemeenteraad ondersteunt de werking van de MAR door:

        een jaarlijkse werkingstoelage toe te kennen binnen de beperkingen van de begroting

        gratis een vergaderlokaal ter beschikking te stellen

 

§2. Het college van burgemeester en schepenen garandeert de MAR informatie- en inzagerecht om zijn taak naar behoren te kunnen vervullen, tenzij in geval van wettelijke bezwaren.

 

§3. Het college van burgemeester en schepenen informeert de MAR over alle beleidsaangelegenheden die betrekking hebben op milieu, natuur, duurzaamheid en klimaat.

 

§4. Wanneer de MAR advies heeft uitgebracht overeenkomstig artikel 2 §2, dan zal het college van burgemeester en schepenen een gemotiveerd antwoord bezorgen. Op vraag van de MAR zal dit gemotiveerd antwoord toegelicht worden.

 

Indien de verdere behandeling van het dossier meer tijd vergt, zal het college van burgemeester en schepenen toch een voorlopig antwoord bezorgen met vermelding van de procedure die het dossier nog verder moet volgen.

 

Wanneer het college van burgemeester en schepenen een advies niet volgt, zal zij dit schriftelijk en afdoende motiveren.

 

Art. 6. Diverse bepalingen

 

§1. Elk stemgerechtigd lid beschikt over één stem. Een lid kan tijdens een zitting nooit in de plaats van een afwezig lid optreden. Ledendiepersoonlijkbelang hebbenbijagendapunten,kunnen nietdeelnemenaandebesprekingen besluitvorming vanhetbetreffendepunt.

 

§2. De werkingsperiode valt samen met de legislatuur van de gemeenteraad.

 

§3. Het archief, de dossiers, de briefwisseling en alle andere administratieve stukken van de MAR worden bijgehouden door de milieudienst.

 

§5. De gemeente zal de risico’s voor burgerlijke aansprakelijkheid, rechtsbijstand en lichamelijke ongevallen dekken door de nodige verzekeringspolissen af te sluiten voor de leden.

 

§6 De MAR kan in zijn schoot één of meer werkgroepen alsook een dagelijks bestuur oprichten. De eindverantwoordelijkheid blijft bij de MAR.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.10. Mobiliteit - Motie betreffende bijsturingen De Lijn (juli-december 2025) - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Feiten en context

De adviesbepaling over het Openbaar Vervoer (OV)-plan 2021, goedgekeurd door de gemeenteraad op 1 oktober 2020.

 

Het Openbaar Vervoersplan 2021, goedgekeurd door de Vervoerregioraad Leuven op 13 oktober 2020.

 

Het geactualiseerde Mobiliteitsplan van de gemeente Bierbeek, goedgekeurd door de gemeenteraad op 31 maart 2022.

 

Het gemeentelijk advies over de synthesenota ‘Regionaal Mobiliteitsplan Leuven Oost', goedgekeurd door de gemeenteraad op 15 december 2022.

 

Het gemeentelijk advies over het ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan en bijhorend ontwerp plan-MER op 9 november 2023.

 

Het Regionaal Mobiliteitsplan zoals definitief vastgesteld door de Vervoerregioraad Leuven op 25 april 2024 en zoals goedgekeurd door de Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken en in werking getreden vanaf 10 juni 2024.

 

Het overleg Vervoerregio – De Lijn – gemeenten van 5 maart 2025 en de nota van De Lijn over bijsturingen vanaf juli 2025;

 

De bespreking binnen de Vervoerregioraad van 20 maart 2025.

 

De vraag van het dagelijks bestuur van de Vervoerregioraad op 11 april 2025 of de gemeente akkoord kan gaan met de motie over het verminderde openbaarvervoeraanbod. Zodra twee derden van de leden van de vervoerregioraad hiermee akkoord gaan, bezorgt de Vervoerregioraad de tekst aan de minister en aan de Lijn.

 

Argumentatie

De onderdelen van het Openbaar Vervoer-plan basisbereikbaarheid 2021 zijn onderwerp van een gefaseerde uitrol vanaf midden 2023, incluis een flextaxi die instaat voor Vervoer op Maat.

 

Het advies van de gemeente Bierbeek betreffende het Openbaar Vervoersplan 2021 omvatte volgende vaststellingen:

  1. dat het principe van basisbereikbaarheid eenzijdig vraaggericht is en daardoor vooral economisch wordt vertaald en te weinig sociaal wordt uitgewerkt (als oplossing voor vervoersarmoede);
  2. dat combimobiliteit en multimodaliteit als gehanteerde concepten te veel uitgaan van actieve voor- en na-verplaatsingen; een deel van de inwoners (niet alleen de minder actieven) zal nog moeten worden overtuigd van deze bijkomende inspanningen;
  3. dat De Lijn onvoldoende middelen heeft om een afdoend gebied-dekkend openbaar vervoer te organiseren in Oost-Brabant;
  4. dat de middelen voor het VoM wel werden verhoogd maar dat dit slechts een fractie van het totale budget betreft;
  5. dat de deeldorpen Korbeek-Lo en Lovenjoel en Opvelp geen regelmatige verbindingen krijgen met hoofddorp Bierbeek, waar vele voorzieningen zijn gesitueerd zoals het gemeentehuis, cultuurcentrum, de voetbalterreinen, de sporthal, de bibliotheek, de hoofdkerk, kleine handelszaken, gezondheidsvoorzieningen.

 

In het Regionaal Mobiliteitsplan werd een duurzaam scenario uitgewerkt dat streeft naar een modalshift van “50/50/50 door bewuste keuzes voor duurzame modi en gewoontegedrag te kweken, door een kwaliteitsvol en gelaagd netwerk gecombineerd met push- en pullmaatregelen”.

 

De beleidsverklaring 2025-2030 goedgekeurd door de gemeenteraad op 27 februari 2025 stipuleert: “We blijven ons verzetten tegen de afbouw van het openbaar vervoer in onze gemeente. Basismobiliteit tussen alle dorpskernen in Bierbeek blijft voor ons de norm.”

 

De voortdurende bijsturingen aangekondigd door De Lijn houden een structurele afbouw van het in 2020 door de Vervoerregioraad goedgekeurde plan in, en dit niet alleen voor Bierbeek.

 

De redenen die worden aangehaald voor deze afbouw van het busaanbod, namelijk enerzijds het tekort aan chauffeurs en bussen (een verouderd voertuigenpark) waardoor het oorspronkelijk geplande aanbod niet kan worden uitgevoerd, en anderzijds de budgetneutraliteit van het nieuwe vervoersplan.

 

Voor Bierbeek houden de bijsturingen in dat vanaf juli 2025 de korte ritten van lijn 5b tussen Korbeek-Lo Oude Baan en Heverlee Wetenschapspark op weekdagen worden geschrapt in de daluren.

 

De gemeente Hoeilaart heeft een tekst uitgewerkt welke door de Vervoerregioraad wordt voorgelegd aan de leden en Bierbeek sluit zich aan bij deze tekst die weliswaar volgens Bierbeek nog ambitieuzer mag klinken, in de zin dat reële noden van de reizigers in Bierbeek die door het Openbaar Vervoersplan 2021 alreeds werden benadeeld en welke ook blijken uit de vele klachten, meetellen.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

De ‘motie betreffende bijsturingen De Lijn (juli-dec 2025)’ goed te keuren die als volgt luidt:

 

Aan de Vlaamse Regering, aan de Minister van Mobiliteit en Openbare Werken - Betreffende het behouden de versterkingvanhetopenbaarvervoersaanbodinVervoerregioLeuven.

 

        DeverantwoordelijkheidvandeVlaamseoverheidomeentoegankelijk,betrouwbaaren efficiënt openbaar vervoernetwerk te garanderen, zoals bepaald in het decreet Basisbereikbaarheid.

        DeindelingvanhetdecreetBasisbereikbaarheidinviervervoerslagen:hettreinnetwerk,het kernnet (KN), het aanvullend net (AN) en Vervoer op Maat (VoM).

        DerecentaangekondigdewijzigingenindedienstregelingvanDeLijnvoordeperiodejuli– december 2025, waarbij volledige ritten en lijnen geschrapt zullen worden.

        EropnieuwwijzigingenaanhetKernnetzullenwordendoorgevoerdzonderadviestevragen aan de Vervoerregioraad.

        EropnieuwwijzigingenaanhetAanvullendNetzullenwordendoorgevoerdzonderbeslissing van de Vervoerregioraad.

        Eropnieuwwijzigingenzullenwordendoorgevoerdzonderoverlegmetdelokalebesturen.

        Het Regionaal Mobiliteitsplan (RMP) van de Vervoerregioraad Leuven een ambitieuze modal shift vooropstelt.Hetniet-uitvoerenvanhetvoorziene openbaar vervoer-aanbodbrengthetbereikenvandeze doelstelling in gevaar.

        Hetnietdeeerstekeerisdaterrittenwordengeschraptendatergeengarantieszijndat verdere schrappingen in de toekomst zullen worden vermeden.

        Er geen zicht geboden wordt op of en wanneer deze maatregelen zullen worden teruggedraaid,watzorgtvooronzekerheidbijdegebruikersenhetlokalebestuur.

        Hetvertrouwenvandelokalebesturenindewerkingvandevervoerregioingedrangkomt door deze onaangekondigde en onoverlegde ingrepen.

 

Verzoekt de Vlaamse Regering:

        Degenomenbeslissingenteherzienenervoortezorgendathetgeschrapterittenaanbod minimaal behouden blijft, en waar nodig wordt afgestemd op de reële noden van de reizigers.

 

Artikel 2

Deze beslissing over te maken aan de minister van Mobiliteit en aan de Vervoerregioraad Leuven.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.11. Duurzaamheid - Jaarlijkse rapportering Lokaal Energie- en Klimaatpact LEKP 1.0 - 2024 - Kennisname

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Kennisneming

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

De gemeenteraadsbeslissing van 30 september 2021 betreffende de toetreding tot het Lokaal Energie- en Klimaatpact 1.0 (LEKP).

 

Feiten en context

Dit rapport bevat de beschikbare en ingegeven cijfers die relevant zijn voor de doelstellingen binnen het LEKP van Bierbeek voor het jaar 2024. De bijgevoegde nota bevat enkele toelichtingen van de Dienst Duurzaamheid.

 

Gemeente Bierbeek ontvangt in het kader van haar LEKP-engagement jaarlijks een subsidie van Agentschap Binnenlands Bestuur. De indiening van dit rapport en de notulen bij het agentschap is een verplichting om de subsidie te kunnen bekomen. 

 

Het rapport zal samen met de notulen van deze gemeenteraad bezorgd worden aan Agentschap Binnenlands Bestuur.

 

De gemeenteraad neemt kennis van het LEKP-rapport 2024.

 

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.12. Patrimonium - Afbraak van de gemeentelijke woning gelegen te Bierbeek, Neervelpsestraat 39 - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikel 41, 11° van het decreet lokaal bestuur.

 

Feiten en context

De gemeente Bierbeek eigenaar is van de woning gelegen te Neervelpsestraat 39.

 

Argumentatie

De woning bevindt zich in een staat die afbraak noodzakelijk maakt. De investeringskosten voor een energetische en bouwfysische renovatie wegen niet op tegen de mogelijke baten.

 

De bestaande woning heeft een beperkte woonkwaliteit door de inplanting op het perceel en de hoofdbestemming van de gemeenteloods op het perceel.

 

De afbraak kadert binnen het beheer van het gemeentelijk patrimonium.

 

De afbraak van de woning leidt ertoe dat deze uit het gemeentelijk patrimonium verdwijnt.

 

Financiële gevolgen

Het materieel vast actief “Woning Neervelpsestraat” met IR MVA 5209 met een resterende boekwaarde van 13.226,48 euro na de afschrijvingen van het boekjaar 2024 wordt uitgeboekt met deze minwaarde.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

De gemeenteraad keurt de afbraak van de gemeentelijke woning gelegen te Neervelpsestraat 39 goed.

 

De woning wordt, na afbraak, geschrapt uit het patrimonium van de gemeente Bierbeek.

 

Artikel 2:

Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van deze beslissing en alle nodige administratieve en technische stappen om de afbraak te realiseren.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.13. Patrimonium - Zonnepanelen op cc de borre - ontwerpstudies, concessieovereenkomsten en stroomafnameovereenkomsten - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen.

 

Het bestuursdecreet van 07 december 2018.

 

Feiten en context

De daken van de theaterzaal en van de sporthal van het cultuurcentrum cc de borre gelegen aan Speelpleinstraat 10, 3360 Bierbeek, zijn geschikt bevonden voor de installatie van zonnepanelen via stroomafnameovereenkomsten.

 

Het Vlaams Energiebedrijf nv (VEB) in 2012 werd opgericht door de Vlaamse regering op basis van het decreet van 15/07/2011. Het VEB is een Extern Verzelfstandigd Agentschap van privaat recht (nv) en heeft rechtspersoonlijkheid. Eén van de haar toegewezen taken volgens het decreet van 15/07/2011 is het leveren van gas en elektriciteit en het faciliteren, het aanbieden en het coördineren van energiediensten om energiebesparende maatregelen en milieuvriendelijke energieproductie in gebouwen te verwezenlijken.

 

De gemeente kan als klant van VEB  binnen het overheidsopdrachtenrecht van het VEB als aankoopcentrale gebruik maken. Volgens artikel 47, §2 van de Overheidsopdrachtenwet van 17 juni 2016 kunnen aanbesteders de levering en diensten die het VEB als aankoopcentrale aankoopt, zonder toepassing van een plaatsingsprocedure van het VEB kopen. Volgens artikel 47, §4 van dezelfde wet kunnen aanbesteders bovendien, opnieuw zonder toepassing van een plaatsingsprocedure, een overheidsopdracht voor diensten betreffende de activiteiten als aankoopcentrale, met inbegrip van de aanvullende aankoopactiviteiten, via het VEB bekomen.

 

De vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid bestaande uit burgercoöperaties die samenwerken voor de realisatie van hernieuwbare energie met burgerparticipatie welke bestaat uit de vennoten:

        (1) Ecopower erkende cv (KBO 445.389.356)

        (2) Pajopower erkende cvso (KBO 561.746.992)

        (3) Klimaan cvso (KBO 0727.378.650)

        (4) ECoOB cv (KBO 0696 887 689)

 

Deze vennootschap werd na een openbare procedure, door het Vlaams Energiebedrijf (VEB) aangeduid als opdrachtnemer voor de Raamovereenkomst met als voorwerp: Stroomafnameovereenkomst, EE_2022_0_029, perceel 5.

 

De ontwerpstudie "Zonnepanelen via een stroomafnameovereenkomst" voor het dak van de theaterzaal van 29 november 2024, opgesteld door ECoOB cv (Burgercoöperatie) voorziet de installatie van een PV-systeem van 45,22 kWp met een jaarlijks verwachte productie van 38,89 MWh en een verwachte autoconsumptie van 75%​.

 

De ontwerpstudie "Zonnepanelen via een stroomafnameovereenkomst" voor het dak van de sporthal van 29 november 2024, opgesteld door ECoOB cv (Burgercoöperatie) voorziet de installatie van een PV-systeem van 77,35 kWp met een jaarlijks verwachte productie van 66,52 MWh en een verwachte autoconsumptie van 75%​.

 

In het ontwerp van concessieovereenkomst tussen de gemeente Bierbeek en ECoOB cv zijn de voorwaarden vastgelegd voor de plaatsing en het gebruik van de zonnepanelen op het dak van de theaterzaal.

 

In het ontwerp van concessieovereenkomst tussen de gemeente Bierbeek en ECoOB cv zijn de voorwaarden  vastgelegd voor de plaatsing en het gebruik van de zonnepanelen op het dak van de sporthal.

 

Het ontwerp van stroomafnameovereenkomst tussen de gemeente Bierbeek en de Maatschap Coöperatieve zonnepanelen Vlaams-Brabant via VEB regelt de afname van de opgewekte elektriciteit opgewekt op het dak van de theaterzaal.

 

Het ontwerp van stroomafnameovereenkomst tussen de gemeente Bierbeek en de Maatschap Coöperatieve zonnepanelen Vlaams-Brabant via VEB regelt de afname van de opgewekte elektriciteit opgewekt op het dak van de sporthal.

 

 

Argumentatie

Het plaatsen van zonnepanelen draagt bij aan de doelstellingen van duurzame energie en de vermindering van CO2-uitstoot binnen de gemeente.

 

De stroomafnameprijs voor de gemeente is vastgelegd op basis van een tarief van 0,13663 EUR/kWh (theaterzaal) en 0,13641 EUR/kWh (sporthal) exclusief btw voor een periode van 15 jaar​​.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

Eenparig aangenomen.
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

De ontwerpstudie "Zonnepanelen via een stroomafnameovereenkomst" voor het dak van de theaterzaal van 29 november 2024, opgesteld door ECoOB cv, wordt goedgekeurd.

 

Artikel 2:

De ontwerpstudie "Zonnepanelen via een stroomafnameovereenkomst" voor het dak van de sporthal van 29 november 2024, opgesteld door ECoOB cv, wordt goedgekeurd.

 

Artikel 3:

De concessieovereenkomst tussen de gemeente Bierbeek en ECoOB cv, voor de concessie van de dakoppervlakte van de theaterzaal ten behoeve van de installatie van zonnepanelen, wordt goedgekeurd​.


Artikel 4:

De concessieovereenkomst tussen de gemeente Bierbeek en ECoOB cv, voor de concessie van de dakoppervlakte van de sporthal ten behoeve van de installatie van zonnepanelen, wordt goedgekeurd​.

 

Artikel 5:

De stroomafnameovereenkomst tussen de gemeente Bierbeek en de Maatschap Coöperatieve zonnepanelen Vlaams-Brabant via VEB, voor de afname van de opgewekte elektriciteit, opgewekt op het dak van de theaterzaal, wordt goedgekeurd​.


Artikel 6:

De stroomafnameovereenkomst tussen de gemeente Bierbeek en de Maatschap Coöperatieve zonnepanelen Vlaams-Brabant via VEB, voor de afname van de opgewekte elektriciteit, opgewekt op het dak van de sporthal, wordt goedgekeurd​.

 

Artikel 7:

De raadsvoorzitter en algemeen directeur worden gemachtigd om deze overeenkomsten te ondertekenen.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.15. Sport - Retributiereglement voor deelname aan gemeentelijke vrijetijdsactiviteiten - goedkeuring

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Beslissing

MOTIVERING

Juridische gronden

De gemeenteraad is bevoegd op basis van de artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Op 7 december 2023 keurde de gemeenteraad het retributiereglement voor deelname aan gemeentelijke vrijetijdsactiviteiten, goed.

 

Feiten en context

Het meerjarenplan 2020-2025 voorziet in actiepunt 4.1.1 een gevarieerd aanbod aan vrijetijdsactiviteiten voor kinderen en jongeren.

 

Argumentatie

Het bestaande retributiereglement, goedgekeurd op 7 december 2023, kende geen indeling in categorieën, wat leidde tot ongelijkheid in prijzen voor activiteiten met vergelijkbare kosten.

 

Door deelname aan de UiTPAS-regio wordt gewaarborgd dat activiteiten betaalbaar blijven, ook voor mensen met een beperkt inkomen.

 

De vorige tarieven boden onvoldoende financiële marge om de stijgende kosten, onder andere door stijgende energieprijzen, op te vangen. Dit bedreigde de financiële haalbaarheid van het aanbod.

 

Het nieuwe systeem voorziet daarom in een duidelijke indeling in categorieën, gebaseerd op de werkelijke kosten voor lesgevers en organisatie. Deze transparantie zorgt voor meer evenwichtige tarieven tussen gelijkaardige activiteiten.

 

De aangepaste tarieven maken het bovendien mogelijk om te investeren in kwalitatief materiaal, aangepaste infrastructuur en deskundige lesgevers, wat bijdraagt aan een sterkere inhoudelijke kwaliteit van het vrijetijdsaanbod.

 

Adviezen

Op de vergadering van 27 januari 2025 verklaarde de sportraad zich akkoord met de aanpassing van de in het retributiereglement voorziene prijzen.

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen

 

STEMMING :

18 stemmen voor: Veerle Scheire (CD&V), Johan Vanhulst (CD&V), Cil Cuypers (Vooruit), Sandra Noé (Open Bierbeek), Matthias Multani (CD&V), Stefaan Van Haegenborgh (CD&V), Mia Ombelet (CD&V), Tie Vanbeselaere (Vooruit), Hans-Kristof Carême (Open Bierbeek), Ludo Aerts (CD&V), Marijke Sterckx (N-VA), Monda Wuytack (CD&V), Maarten Van Schoonbeek (Open Bierbeek), Peter Vandenbalck (N-VA), Claudia Van Passel (CD&V), Luc De Vos (N-VA), Nico Frederix (N-VA) en Joyce Meulemans (CD&V).
2 onthoudingen: Frederik De Buck (Groen) en Hilde Van der Putten (Groen).
 

 

BESLUIT

 

Artikel 1:

Er wordt een gemeentelijke retributie ingevoerd voor deelname aan door de gemeente georganiseerde vrijetijdsactiviteiten en vakantiewerking, evenals voor het gebruik van de gemeentelijke afspuitstand.

 

Artikel 2:

§1. De retributie dient te worden betaald vóór de activiteit, op de rekening van de gemeente of bij de inschrijving voor een sportactiviteit met het oog op deelname.

 

§2. De retributie voor het gebruik van de gemeentelijke afspuitstand moet contant worden betaald via de daarvoor bestemde geldautomaat.

 

Artikel 3:

§1. De lessenreeksen worden opgedeeld in volgende categorieën:

        Categorie A: standaardaanbod zonder lesgeverskosten

        1,5 euro per les, verrekend in een totaalsom per lessenreeks

        Categorie B: standaardaanbod met beperkte lesgever- en organisatiekosten

        2,5 euro per les, verrekend in een totaalsom per lessenreeks

        Categorie C: standaardaanbod met uitgebreide lesgever- en organisatiekosten

        3 euro per les, verrekend in een totaalsom per lessenreeks

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om de lessenreeksen in één van de categorieën in te delen.

 

De kostprijs van de lessenreeksen wordt als volgt bepaald: tarief per les X aantal voorziene lessen in de reeks.

 

§2. De retributie van de Tienersportdagen wordt vastgelegd op 30 euro per (dag)-activiteit.

 

§3. De retributie voor volgende vakantiekampen wordt vastgelegd op:

        Sportweek (5 dagen)

        80,00 euro per kind, jonger dan 12 jaar, van een Bierbeekse inwoner

        90,00 euro per kind, jonger dan 12 jaar, van een niet-Bierbeekse inwoner

        100,00 euro per kind, ouder dan 12 jaar, van een Bierbeekse inwoner

        110,00 euro per kind, ouder dan 12 jaar, van een niet-Bierbeekse inwoner

        Muziekkamp (5 dagen)

        135 euro per kind van een Bierbeekse inwoner

        145 euro per kind van een niet-Bierbeekse inwoner

        Wetenschap -en techniekkamp (4 dagen)

        150,00 euro per kind van een Bierbeekse inwoner

        160,00 euro per kind van een niet-Bierbeekse inwoner

        Circuskamp (5 dagen)

        100,00 euro per kind van een Bierbeekse inwoner

        110,00 euro per kind van een niet-Bierbeekse inwoner

        Avonturenkamp (5 dagen)

        100,00 euro per kind van een Bierbeekse inwoner

        110,00 euro per kind van een niet-Bierbeekse inwoner

        Filmkamp (5 dagen)

        175,00 euro per kind van een Bierbeekse inwoner

        185,00 euro per kind van een niet-Bierbeekse inwoner

        Bushcraftkamp (3 dagen)

        65,00 euro per kind van een Bierbeekse inwoner

        75,00 euro per kind van een niet-Bierbeekse inwoner

 

§4. De retributie voor de kleuterhappening bedraagt 5 euro per kind.

 

§5. De retributie voor Mysterieuze bossen bedraagt 7 euro per deelnemer.

 

§6. De retributie voor familiefestival Borresteboven bedraagt 10 euro per deelnemer.

 

§7. De retributie voor het gebruik van de gemeentelijke afspuitstand bedraagt 0,50 euro per beurt.

 

§8. Met uitzondering van de retributie voor het gebruik van de afspuitstand geldt voor elk van bovenstaande retributies het UiTPAS-kansentarief.

 

Artikel 4:

Kan men om medische redenen niet deelnemen aan de gemeentelijke activiteiten, omschreven in artikel 3 §1, §2 en §3, dan wordt na voorleggen van een medisch attest volgend bedrag terugbetaald:

        bij voorafgaandelijk verwittigen:

        de totale som indien men minstens een week voor de activiteit verwittigt;

        de totale som, verminderd met 20% administratiekosten, indien men minder dan een week voor de activiteit verwittigt.

        bij verwittigen tijdens de activiteit of activiteitenreeks:

        enkel voor de sportweken het resterende bedrag, overeenkomstig de niet-gevolgde dagen, verminderd met 20% administratiekosten;

        geen terugbetaling voor alle andere activiteiten die reeds gestart zijn.

 

Artikel 5:

Kan men om andere dan medische redenen niet deelnemen aan de gemeentelijke activiteiten, omschreven in artikel 3 §1, §2 en §3, dan gelden volgende annulatievoorwaarden:

        Tot 14 dagen voor aanvang van het kamp of de lessenreeks: kosteloze annulatie met volledige terugbetaling.

        Tussen 14 en 7 dagen voor aanvang: terugbetaling van de totaalsom, verminderd met 20% administratiekosten.

        Minder dan 7 dagen voor aanvang: geen terugbetaling, tenzij een vervanger wordt gevonden die de plaats kan innemen. In dat geval wordt de totaalsom terugbetaald, verminderd met 20% administratiekosten.

 

Artikel 6:

Deze retributie van de gemeentelijke activiteiten, omschreven in artikel 3 §1, §2 en §3 omvat alle kosten m.b.t. lesgevers, verzekering, administratie, accommodatie en gebruik van materiaal.

 

Artikel 7:

Als door uitzonderlijke omstandigheden de duur van een sportkamp, omschreven in artikel 3 §3, wordt ingekort of niet overeenstemt met het voorziene aantal dagen of uren, dan wordt het tarief verminderd naar rato van de duur of de geleverde prestaties.

 

Artikel 8:

Wordt de activiteit, omschreven in artikel 3 §1, §2, §3, §4, §5 en §6 om welke reden ook afgelast, dan wordt de integrale som terugbetaald.

 

Artikel 9:

De deelnamebijdrage voor een activiteit, omschreven in artikel 3 §1, §2, §3, §4, §5 en §6 dient vooraf betaald, anders kan de deelname geweigerd worden.

 

Artikel 10:

Voor de nieuwe lessenreeks circuittraining aan de beweegbank gaat het retributiereglement in vanaf 28 april 2025.

 

Artikel 11:

Voor alle andere lessenreeksen en activiteiten gaat het retributiereglement in vanaf 1 september 2025.

 

Artikel 12:

Het retributiereglement voor deelname aan gemeentelijke vrijetijdsactiviteiten, goedgekeurd door de gemeenteraad van 7 december 2023 wordt opgeheven vanaf 1 september 2025.

Publicatiedatum: 26/05/2025
Punt bijlagen/links Retributiereglement deelname vrijetijdsactiviteiten.pdf Download
Overzicht punten

Zitting van 24 april 2025

 

 

OZ.19. Secretariaat - Vragenkwartiertje

 

 

 

OPENBARE ZITTING

Kennisneming

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vragen van de raadsleden.

 

Publicatiedatum: 26/05/2025
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.